Overig

Overhead en vennootschapsbelasting

Terug naar navigatie - Overhead en vennootschapsbelasting

Overhead
Om de gemeenteraad op eenvoudige wijze meer inzicht te geven in de totale kosten van de overhead voor de gehele organisatie wordt in het BBV voorgeschreven dat in het programmaplan een apart overzicht moet worden opgenomen van de kosten van de overhead. In de programma’s worden de kosten opgenomen die betrekking hebben op het primaire proces.
Om te kunnen vaststellen welke kosten verband houden met de sturing en ondersteuning van het primaire proces en zodoende gerekend kunnen worden tot de overhead, wordt een definitie van de overhead geïntroduceerd. Deze definitie luidt: alle kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces. Door de definitie te gebruiken kan een eenduidig inzicht worden gegeven in de kosten die direct zijn toe te rekenen aan bepaalde taakvelden of onder overhead vallen.


Vennootschapsbelasting

De heffing maakt als last onderdeel uit van het resultaat in de begroting en jaarrekening. Omdat de resultaten op fiscaal belaste activiteiten onderling worden verrekend en aangifte wordt gedaan over het totale (gesaldeerde) resultaat, moet de heffing worden begroot en verantwoord als een centrale post in de programmarekening. Er vindt geen nadere toerekening plaats aan programma's.

 

Totaaloverzicht baten en lasten van de programma's

Terug naar navigatie - Totaaloverzicht baten en lasten van de programma's

In deze paragraaf volgt een toelichting op het structureel begrotingssaldo. Van belang daarbij is het overzicht met de incidentele baten en lasten. En de voortgang van de bezuinigingsvoorstellen. Maar ook de mate waarin wij de (bestemmings)reserves inzetten is van invloed op de financiële positie.
Onderstaand volgt het totaaloverzicht baten en lasten voor de komende jaren. In het overzicht staan de onttrekkingen en de toevoegingen aan de reserves.
‘Onder aan de streep’ volgt een correctie voor de incidentele baten en lasten zodat het structurele saldo overblijft. Dit saldo maakt deel uit van het financieel toezicht door de provincie Gelderland.

Het overzicht (meerjaren)begroting bevat het financiële saldo van de Bestuursrapportage 2021, het nieuw beleid en de bezuinigingen.

Een sluitende (meerjaren)begroting; de financiële techniek

Terug naar navigatie - Een sluitende (meerjaren)begroting; de financiële techniek

Het is van belang en wettelijk verplicht dat wij een structureel sluitende meerjarenbegroting hebben. Daarmee maken wij inzichtelijk dat we niet meer lasten hebben dan er opbrengsten te verwachten zijn. Deze baten en lasten rekenen wij zo goed mogelijk toe aan de boekjaren. Op basis van de wettelijke voorschriften moet minimaal de begroting voor het volgende jaar (2022) structureel en reëel in evenwicht zijn. De structurele lasten worden gedekt door structurele baten. Met reëel evenwicht wordt bedoeld dat de geraamde baten en lasten volledig en realistisch zijn. Als 2022 niet structureel en reëel in evenwicht is, dan moeten wij aannemelijk maken dat het evenwicht in de eerstvolgende jaren (uiterlijk 2025) tot stand komt.

De baten en lasten zijn structureel of incidenteel. Het uitgangspunt is dat gemeentelijke baten en lasten structureel zijn. In de praktijk komen ook incidentele baten en lasten voor. Dit is de uitzondering. Bij de bepaling van het structurele evenwicht betrekken wij het overzicht incidentele baten en lasten (zie bijlage 5).
Na afzondering van de incidentele baten en lasten uit het begrotingssaldo ontstaat het structureel begrotingssaldo. Dit structureel begrotingssaldo is maatgevend voor de provincie Gelderland, als financieel toezichthouder. Met het structureel begrotingssaldo van € 583.000 in 2022 is de Begroting 2022 structureel en reëel in evenwicht. De toekenning van de extra gelden voor Jeugdhulp door het rijk dragen hier in belangrijke mate aan bij. Het jaar 2023 is niet structureel sluitend. De laatste jaarschijf 2025 kent een beperkt structureel overschot van € 225.000.

De begroting 2022 kent diverse bezuinigingen

Terug naar navigatie - De begroting 2022 kent diverse bezuinigingen

In het structureel begrotingssaldo werken de ingeboekte besparingen van de bezuinigingen door. Dit betekent dat wij, maar ook de provincie nauwgezet toezien op realistische bezuinigingen en dat deze ook worden gerealiseerd. In deze begroting staat een voortgangsoverzicht bezuinigingen (zie bijlage 2). Vanuit het financieel toezicht toetst de provincie Gelderland of de opgenomen bezuinigingen realistisch zijn. De provincie Gelderland maakt bij de financiële beoordeling onderscheid in de ‘hardheid’ van een bezuiniging. Zij kent drie categorieën. De meest zekere bezuinigingen worden als reëel aangemerkt. Is realisatie erg onzeker dan worden ze als niet reëel aangemerkt. Vervolgens is er een categorie tussen deze twee inschalingen. Bij de beoordeling stelt de Provincie het begrotingssaldo naar beneden bij als er sprake is van een niet reële bezuiniging. In deze begroting melden wij enkele bezuinigingen af. Voor deze voorstellen zijn geen verdere acties meer vereist. De invulling is afgerond.

De onttrekkingen en toevoegingen aan de reserves staan in het financieel meerjaren overzicht

Terug naar navigatie - De onttrekkingen en toevoegingen aan de reserves staan in het financieel meerjaren overzicht

Om eenmalige projecten te realiseren doen wij soms een beroep op de reserves. Ook worden eenmalige opbrengsten uit bijvoorbeeld de grondexploitaties toegevoegd aan de algemene reserve. Al deze onttrekkingen en toevoegingen vinden plaats na besluitvorming door de gemeenteraad.

De belangrijkste reserve in relatie tot onze financiële positie is de algemene reserve. Naast de algemene reserve zijn er nog diverse bestemmingsreserves. Deze reserves kennen een specifiek bestedingsdoel. De bestemmingsreserve kapitaallasten heeft een wat afwijkend karakter. Deze reserve gebruiken wij voor de dekking van kapitaallasten. De kapitaallasten zijn de rente en afschrijving van investeringen. Tegenover de jaarlijkse last in de begroting van de rente en afschrijving staat een jaarlijkse toevoeging aan de begroting ten laste van de reserve kapitaallasten. De onttrekkingen aan de bestemmingsreserve kapitaallasten zijn daarmee structureel opgenomen in de begroting. Dit maakt dat de bestemmingsreserve kapitaallasten niet vrij besteedbaar is tenzij er voor de wegvallende structurele bijdrage uit de reserve alternatieve structurele opbrengsten zijn.
In bovenstaand totaaloverzicht baten en lasten is inzichtelijk wat de meerjarige wijzigingen in de algemene reserve en de bestemmingsreserves is.
In bijlage 6 nemen we een meerjarig overzicht van alle reserves op. We geven daarbij aan welke geraamde incidentele (I) en structurele (S) toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves er zijn. Ook is te zien hoeveel geld er in de reserves zit.
Een detailspecificatie van de algemene reserve staat in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. Naast bovenstaand inzicht in de cijfers van de begroting is ook het risicoprofiel van belang. In de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing lichten wij dit toe. In de paragraaf wordt ook de relatie gelegd met de Algemene Reserve en hoe die zich ontwikkelt.