Overig

Overhead en vennootschapsbelasting

Terug naar navigatie - Overhead en vennootschapsbelasting

Overhead
Om de gemeenteraad op eenvoudige wijze meer inzicht te geven in de totale kosten van de overhead voor de gehele organisatie wordt in het BBV voorgeschreven dat in het programmaplan een apart overzicht moet worden opgenomen van de kosten van de overhead. In de programma’s worden de kosten opgenomen die betrekking hebben op het primaire proces.
Om te kunnen vaststellen welke kosten verband houden met de sturing en ondersteuning van het primaire proces en zodoende gerekend kunnen worden tot de overhead, wordt een definitie van de overhead geïntroduceerd. Deze definitie luidt: alle kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces. Door de definitie te gebruiken kan een eenduidig inzicht worden gegeven in de kosten die direct zijn toe te rekenen aan bepaalde taakvelden of onder overhead vallen.

Vennootschapsbelasting
De heffing maakt als last onderdeel uit van het resultaat in de begroting en jaarrekening. Omdat de resultaten op fiscaal belaste activiteiten onderling worden verrekend en aangifte wordt gedaan over het totale (gesaldeerde) resultaat, moet de heffing worden begroot en verantwoord als een centrale post in de programmarekening. Er vindt geen nadere toerekening plaats aan programma's.

- = nadeel Wat mag het het kosten? bedragen x € 1.000
OVERIG Overhead, VpB, Mutaties Reserves Werkelijk Begroting Begroting Meerjarenbegroting
2019 2020 2021 2022 2023 2024
Baten 4.060 8.881 6.570 3.465 2.708 1.926
0.10 Mutaties reserves 3.653 8.581 6.270 3.165 2.408 1.627
P980 Mutaties reserves 3.653 8.581 6.270 3.165 2.408 1.627
0.4 Ondersteuning organisatie 407 300 300 300 300 300
P080 Overhead 218 44 44 44 44 44
P930 Vervoercentrale 189 256 256 256 256 256
Lasten 17.502 11.843 10.428 10.413 10.866 9.940
0.10 Mutaties reserves 1.932 1.842 533 580 1.045 116
P980 Mutaties reserves 1.932 1.842 533 580 1.045 116
0.11 Resultaat van de rekening van baten en lasten 5.716
P980 Mutaties reserves 5.716
0.4 Ondersteuning organisatie 9.868 9.920 9.815 9.752 9.740 9.744
P011 Burgerparticipatie 93 52 52 52 2 2
P040 Bestuursondersteuning 136 138 138 69 69 69
P051 Bedrijfsvoering 24 24 24 29 29 29
P080 Overhead 9.470 9.509 9.468 9.470 9.507 9.511
P823 Handhaving 65 64
P930 Vervoercentrale 80 133 133 133 133 133
0.9 Vennootschapsbelasting -14 81 81 81 81 81
P942 Vennootschapsbelasting -14 81 81 81 81 81
Totaal OVERIG Overhead, VpB, Mutaties Reserves -13.441 -2.962 -3.858 -6.948 -8.158 -8.013
Baten - toelichting financiële fluctuaties - vergelijking begroting 2021 t.o.v. begroting 2020
0.10 P980 Mutaties reserves Zie de toelichting bij het totaaloverzicht van baten en lasten hieronder.
Lasten - toelichting financiële fluctuaties - vergelijking begroting 2021 t.o.v. begroting 2020
0.10 P980 Mutaties reserves Zie de toelichting bij het totaaloverzicht van baten en lasten hieronder.

Totaaloverzicht baten en lasten van de programma's

Terug naar navigatie - Totaaloverzicht baten en lasten van de programma's

In deze paragraaf volgt een toelichting op het structureel begrotingssaldo. Van belang daarbij is het overzicht met de incidentele baten en lasten. En ook de ombuigingen die zijn verwerkt in de begroting. Ook de mate waarin wij de (bestemmings)reserves inzetten is van invloed op de financiële positie.

- = nadeel Bedragen  x € 1.000
(Meerjaren)begroting 2021-2024 2021 2022 2023 2024
Programma baten lasten saldo baten lasten saldo baten lasten saldo baten lasten saldo
0 - Bestuur en ondersteuning 463 2.498 -2.035 370 2.443 -2.072 370 2.360 -1.990 370 2.360 -1.990
1 - Veiligheid 14 2.774 -2.760 14 2.774 -2.760 14 2.774 -2.760 14 2.774 -2.760
2 - Verkeer, vervoer en waterstaat 458 5.406 -4.948 458 5.386 -4.928 458 5.379 -4.921 458 5.325 -4.867
3 - Economie 1.873 1.265 608 1.740 1.215 525 1.753 1.215 538 1.753 1.215 538
4 - Onderwijs 227 2.926 -2.699 227 2.836 -2.609 227 2.836 -2.609 227 2.836 -2.609
5 - Sport, Cultuur en Recreatie 582 6.323 -5.740 582 6.317 -5.735 582 6.337 -5.755 582 6.337 -5.755
6 - Sociaal domein 7.246 34.586 -27.340 7.196 34.539 -27.343 7.191 34.561 -27.370 7.191 34.561 -27.370
7 - Volksgezondheid en Milieu 10.096 11.199 -1.103 10.141 11.364 -1.223 10.186 11.408 -1.223 10.231 11.453 -1.223
8 - Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Stedelijke vernieuwing 2.532 4.202 -1.670 2.502 3.971 -1.469 2.603 3.736 -1.133 2.603 3.736 -1.133
Totaal programma's 23.492 71.180 -47.687 23.232 70.844 -47.613 23.386 70.606 -47.222 23.431 70.597 -47.167
Algemene Dekkingsmiddelen 60.390 8.543 51.847 59.221 5.960 53.261 60.493 5.720 54.773 60.493 5.033 55.460
Ondersteuning organisatie 300 9.815 -9.515 300 9.752 -9.453 300 9.740 -9.440 300 9.744 -9.444
Vennootschapsbelasting   81 -81   81 -81   81 -81   81 -81
Totaal saldo van baten en lasten 84.182 89.618 -5.436 82.752 86.637 -3.885 84.178 86.147 -1.969 84.223 85.454 -1.232
 
Algemene reserve 2.505 400 2.105 1.811 453 1.358 1.009 924 85 287   287
Reserve functiegericht wegbeheer 100   100 100   100 100   100 100   100
Reserve kapitaallasten 1.297 133 1.164 1.254 127 1.127 1.245 121 1.124 1.240 116 1.124
Reserve rondweg Lochem 2.000   2.000       54   54      
Reserve Sociaal Domein 10   10                  
Reserve wonen 30   30                  
Reserve corona 329   329                  
Totaal mutaties reserves 6.270 533 5.737 3.165 580 2.585 2.408 1.045 1.363 1.627 116 1.511
 
Begrotingssaldo 90.452 90.151 301 85.917 87.217 -1.300 86.586 87.192 -606 85.850 85.570 279
Bestuursrapportage 2020   -9 9   -198 198   72 -72   481 -481
Besluitvorming Begroting 2021:                        
Meerjarig financiële corona-effecten   329 -329   159 -159   23 -23     0
Niet haalbare lopende ombuigingsmaatregel  (Bijlage 10 Deel B)   150 -150   100 -100   50 -50     0
Aanvullend nieuw beleid Begroting 2021   301 -301   85 -85   8 -8   8 -8
Niet haalbaar ombuigingsvoorstel Kadernota 2021  -13   -13 -13   -13 -13   -13 -13   -13
Raadsbesluit Nieuwbouw scholen Laren     0         46 -46   46 -46
Raadsbesluit Brandweerkazerne Almen (aanvullend krediet)               9 -9   9 -9
Resultaat 90.439 90.922 -483 85.904 87.363 -1.459 86.573 87.400 -827 85.837 86.114 -278
Waarvan incidentele baten en lasten 6.013 7.439 1.426 945 1.494 549 1.300 1.434 134 159 270 111
Structureel begrotingssaldo 84.426 83.483 943 84.959 85.869 -910 85.273 85.966 -693 85.678 85.844 -167

Het overzicht (meerjaren)begroting bevat het financiële saldo van de Bestuursrapportage 2020, het nieuw beleid, de ombuigingen en de financiële mutaties uit de Kadernota 2021. En ook de saldi van de financiële voorstellen uit de Begroting 2021. De baten en lasten niet zijn niet toebedeeld aan de programma’s. Na besluitvorming door de raad vindt toedeling plaats.

Een sluitende (meerjaren)begroting; de financiële techniek

Terug naar navigatie - Een sluitende (meerjaren)begroting; de financiële techniek

Het is van belang en wettelijk verplicht dat wij een structureel sluitende meerjarenbegroting hebben. Daarmee maken wij inzichtelijk dat we niet meer lasten hebben dan er opbrengsten te verwachten zijn. Deze baten en lasten rekenen wij zo goed mogelijk toe aan de boekjaren. Op basis van de wettelijke voorschriften moet minimaal de begroting voor het volgende jaar (2021) structureel en reëel in evenwicht zijn. De structurele lasten worden gedekt door structurele baten. Met reëel evenwicht wordt bedoeld dat de geraamde baten en lasten volledig en realistisch zijn. Als 2021 niet structureel en reëel in evenwicht is, dan moeten wij aannemelijk maken dat het evenwicht in de eerstvolgende jaren (uiterlijk 2024) tot stand komt.

De baten en lasten zijn structureel of incidenteel. Het uitgangspunt is dat gemeentelijke baten en lasten structureel zijn. In de praktijk komen ook incidentele baten en lasten voor. Dit is de uitzondering. Bij de bepaling van het structurele evenwicht betrekken wij het overzicht incidentele baten en lasten (zie bijlage 2).
Na afzondering van de incidentele baten en lasten uit het begrotingssaldo ontstaat het structureel begrotingssaldo. Dit structureel begrotingssaldo is maatgevend voor de provincie Gelderland, als financieel toezichthouder. Met het structureel begrotingssaldo van € 943.000 in 2021 is de Begroting 2021 structureel en reëel in evenwicht. De provincie merkt de precario-opbrengst van € 2,2 miljoen aan als een structurele ontvangst. Dit ondanks dat na 2021 de precario-opbrengst vervalt. De jaren daarna zijn onder andere door het vervallen van deze opbrengst niet structureel in evenwicht.

De begroting 2021 kent diverse ombuigingen

Terug naar navigatie - De begroting 2021 kent diverse ombuigingen

In het structureel begrotingssaldo werken de ingeboekte besparingen van de ombuigingen door. Dit betekent dat wij, maar ook de provincie nauwgezet toezien op realistische ombuigingen en dat deze ook worden gerealiseerd. In de voorliggende begroting staan ombuigingen waartoe de raad al eerder besloot. En er staan ombuigingen die zijn besproken bij de Kadernota 2021. De laatste liggen in deze begroting ter besluitvorming voor. Bijlage 11 geeft volledig inzicht in de maatregelen. Met deel A moet nog worden ingestemd. Deel B is door de raad vastgesteld. Op beide onderdelen wordt een bijstelling gedaan. Bij de ombuigingen uit de Kadernota 2021 vindt een beperkte correctie plaats. De al eerder vastgesteIde ombuigingen stellen wij bij door de verslechterende economische omstandigheden. Vanwege de corona-crisis neemt het aantal inwoners met een uitkering toe. Hierdoor is de eerder verwachte besparing niet haalbaar.
Vanuit het financieel toezicht toetst de provincie Gelderland of de opgenomen ombuigingen realistisch zijn. De provincie Gelderland maakt bij de financiële beoordeling onderscheid in de ‘hardheid’ van een ombuiging. Zij kent drie categorieën. De meest zekere ombuigingen worden als reëel aangemerkt. Is realisatie erg onzeker dan worden ze als niet reëel aangemerkt. Vervolgens is er een categorie tussen deze twee inschalingen. Bij de beoordeling stelt de Provincie het begrotingssaldo naar beneden bij als er sprake is van een niet reële ombuiging. Wij beoordelen de ombuigingen in de Begroting 2021 als reëel.

De onttrekkingen en toevoegingen aan de reserves staan in het financieel meerjaren overzicht

Terug naar navigatie - De onttrekkingen en toevoegingen aan de reserves staan in het financieel meerjaren overzicht

Om eenmalige projecten te realiseren doen wij soms een beroep op de reserves. Ook worden eenmalige opbrengsten uit bijvoorbeeld de grondexploitaties toegevoegd aan de algemene reserve. Al deze onttrekkingen en toevoegingen vinden plaats na besluitvorming door de gemeenteraad.

De belangrijkste reserve in relatie tot onze financiële positie is de algemene reserve. Naast de algemene reserve zijn er nog diverse bestemmingsreserves. Deze reserves kennen een specifiek bestedingsdoel. De bestemmingsreserve kapitaallasten heeft een wat afwijkend karakter. Deze reserve gebruiken wij voor de dekking van kapitaallasten. De kapitaallasten zijn de rente en afschrijving van investeringen. Tegenover de jaarlijkse last in de begroting van de rente en afschrijving staat een jaarlijkse toevoeging aan de begroting ten laste van de reserve kapitaallasten. De onttrekkingen aan de bestemmingsreserve kapitaallasten zijn daarmee structureel opgenomen in de begroting. Dit maakt dat de bestemmingsreserve kapitaallasten niet vrij besteedbaar is tenzij er voor de wegvallende structurele bijdrage uit de reserve alternatieve structurele opbrengsten zijn.
In bovenstaand totaaloverzicht baten en lasten is inzichtelijk wat de meerjarige wijzigingen in de algemene reserve en de bestemmingsreserves is.
In bijlage 12 nemen we een meerjarig overzicht van alle reserves op. We geven daarbij aan welke geraamde incidentele (I) en structurele (S) toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves er zijn. Ook is te zien hoeveel geld er in de reserves zit.
Een detailspecificatie van de algemene reserve staat in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing.
Naast bovenstaand inzicht in de cijfers van de begroting is ook het risicoprofiel van belang. In de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing lichten wij dit toe. In de paragraaf wordt ook de relatie gelegd met de Algemene Reserve en hoe die zich ontwikkelt.