Overig

Overhead en vennootschapsbelasting

Terug naar navigatie - Overhead en vennootschapsbelasting

Overhead
Hier vallen alle kosten onder die samenhangen met de sturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces. Het primaire proces betreft alle activiteiten die rechtstreeks een bijdrage leveren aan producten of diensten.  De voorschriften van verslaglegging schrijven voor dat wij alle overheadkosten als totaal in beeld brengen. In de programma’s geven wij alle kosten weer die te maken hebben met het primaire proces.

Vennootschapsbelasting
De heffing vennootschapsbelasting maakt onderdeel uit van het resultaat in de begroting en jaarrekening. Deze heffing staat als een centrale post in de begroting. Er vindt geen toerekening plaats aan programma’s.  We doen aangifte over het totale (gesaldeerde) resultaat van de vennootschapsplichtige activiteiten. 

 

( bedragen x € 1.000)
OVERIG Overhead, VpB, Mutaties Reserves Werkelijk Begroting Begroting Meerjarenbegroting
2021 2022 2023 2024 2025 2026
Baten 5.485 8.506 3.139 2.222 1.844 1.844
0.4 Ondersteuning organisatie 289 270 270 270 270 270
0.10 Mutaties reserves 5.196 8.236 2.869 1.952 1.574 1.574
Lasten 18.386 12.015 12.085 10.579 10.562 10.529
0.4 Ondersteuning organisatie 10.274 10.573 10.306 10.311 10.317 10.283
0.9 Vennootschapsbelasting 0 0 0 0 0 0
0.10 Mutaties reserves 2.643 1.441 1.779 267 245 245
0.11 Resultaat van de rekening van baten en lasten 5.469
Totaal OVERIG Overhead, VpB, Mutaties Reserves -12.901 -3.509 -8.946 -8.357 -8.718 -8.685
Baten - toelichting fluctuaties - vergelijking begroting 2023 t.o.v. begroting 2022
0.4 n.v.t.
0.10 Bijlage 6 geeft de specificatie van de wijzigingen in de reserves.
Lasten - toelichting fluctuaties - vergelijking begroting 2023 t.o.v. begroting 2022
0.4 n.v.t.
0.9 n.v.t.
0.10 Bijlage 6 geeft de specificatie van de wijzigingen in de reserves.
0.11 n.v.t.

Totaaloverzicht baten en lasten van de programma's

Terug naar navigatie - Totaaloverzicht baten en lasten van de programma's

In deze paragraaf volgt een toelichting op de financiële techniek. 
Hieronder volgt het totaaloverzicht baten en lasten voor de komende jaren. In het overzicht staan ook de onttrekkingen en de toevoegingen aan de reserves. Het overzicht is op 'stand' Kadernota 2023.

( Bedragen x € 1.000 )
2023 2024 2025 2026
Programma baten lasten saldo baten lasten saldo baten lasten saldo baten lasten saldo
0 - Bestuur en ondersteuning 371 2.716 -2.345 603 2.571 -1.967 419 2.529 -2.110 419 2.507 -2.087
1 - Veiligheid 55 3.148 -3.093 49 3.147 -3.098 49 3.148 -3.098 49 3.161 -3.111
2 - Verkeer, vervoer en waterstaat 409 5.246 -4.837 423 5.850 -5.427 423 5.864 -5.442 423 5.864 -5.441
3 - Economie 2.386 1.620 766 1.945 1.543 402 1.945 1.498 447 1.945 1.498 447
4 - Onderwijs 420 2.829 -2.409 418 2.707 -2.289 351 2.979 -2.629 284 2.918 -2.635
5 - Sport, Cultuur en Recreatie 724 7.207 -6.484 701 7.244 -6.543 716 7.220 -6.504 716 7.240 -6.524
6 - Sociaal domein 7.394 34.741 -27.347 7.411 34.512 -27.101 7.318 34.127 -26.809 7.318 34.161 -26.843
7 - Volksgezondheid en Milieu 10.940 12.296 -1.356 11.003 12.276 -1.272 10.975 12.203 -1.228 10.680 11.908 -1.228
8 - Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Stedelijke vernieuwing 2.827 4.085 -1.257 2.175 3.905 -1.730 2.175 3.905 -1.730 2.175 3.905 -1.730
Totaal programma's 25.527 73.889 -48.362 24.729 73.754 -49.025 24.372 73.474 -49.103 24.010 73.163 -49.153
Algemene Dekkingsmiddelen 60.909 3.466 57.443 61.563 4.416 57.146 62.665 5.226 57.439 63.949 6.452 57.496
Ondersteuning organisatie 270 10.306 -10.036 270 10.311 -10.042 270 10.317 -10.047 270 10.283 -10.014
Vennootschapsbelasting 0 0 0 0 0 0 0 0
Totaal saldo van baten en lasten 86.705 87.660 -955 86.561 88.482 -1.921 87.307 89.017 -1.710 88.228 89.899 -1.670
Algemene reserve 1.182 950 232 378 22 356 0 0
Reserve kapitaallasten 1.433 811 622 1.474 245 1.229 1.474 245 1.229 1.474 245 1.228
Reserve afvalstoffenheffing 0 0 0 0
Reserve rondweg N346 54 54 0 0 0
Reserve wonen 0 0 0 0
Reserve wegenonderhoud 100 100 100 100 100 100 100 100
Reserve corona 100 18 82 0 0 0
0 0 0 0
Totaal mutaties reserves 2.869 1.779 1.090 1.952 267 1.685 1.574 245 1.329 1.574 245 1.328
Begrotingssaldo 89.574 89.439 135 88.514 88.749 -236 88.881 89.263 -382 89.802 90.144 -342

Een sluitende (meerjaren)begroting; de financiële techniek

Terug naar navigatie - Een sluitende (meerjaren)begroting; de financiële techniek

Het is van belang en wettelijk verplicht dat wij een structureel sluitende meerjarenbegroting hebben. Daarmee maken wij inzichtelijk dat we niet meer lasten hebben dan er opbrengsten te verwachten zijn. Deze baten en lasten rekenen wij zo goed mogelijk toe aan de boekjaren. Op basis van de wettelijke voorschriften moet minimaal de begroting voor het volgende jaar (2023) structureel en reëel in evenwicht zijn. De structurele lasten worden gedekt door structurele baten. Met reëel evenwicht wordt bedoeld dat de geraamde baten en lasten volledig en realistisch zijn. Als 2023 niet structureel en reëel in evenwicht is, dan moeten wij aannemelijk maken dat het evenwicht in de eerstvolgende jaren (uiterlijk 2026) tot stand komt.

De baten en lasten zijn structureel of incidenteel. Het uitgangspunt is dat gemeentelijke baten en lasten structureel zijn. In de praktijk komen ook incidentele baten en lasten voor. Dit is de uitzondering. Bij de bepaling van het structurele evenwicht betrekken wij het overzicht incidentele baten en lasten (zie bijlage 5).
Na afzondering van de incidentele baten en lasten uit het begrotingssaldo ontstaat het structureel begrotingssaldo. Dit structureel begrotingssaldo is maatgevend voor de provincie Gelderland, als financieel toezichthouder. In de uiteenzetting van de financiële positie zagen we dat het jaar 2023 niet structureel sluitend is. Het structurele evenwicht is er vanaf 2024. Daarmee voldoen wij aan de eisen van het financieel toezicht.

De begroting kent diverse bezuinigingsopdrachten

Terug naar navigatie - De begroting kent diverse bezuinigingsopdrachten

In het structurele begrotingssaldo werken de ingeboekte besparingen van de bezuinigingen door. Dit betekent dat wij, maar ook de provincie nauwgezet toezien op realistische bezuinigingen en dat deze ook worden gerealiseerd. In deze begroting staat een voortgangsoverzicht bezuinigingsopdrachten (zie bijlage 2). Vanuit het financieel toezicht toetst de provincie Gelderland of de opgenomen bezuinigingen realistisch zijn. De provincie Gelderland maakt bij de financiële beoordeling onderscheid in de ‘hardheid’ van een bezuiniging. Zij kent drie categorieën. De meest zekere bezuinigingen worden als reëel aangemerkt. Is realisatie erg onzeker dan worden ze als niet reëel aangemerkt. Vervolgens is er een categorie tussen deze twee inschalingen. Bij de beoordeling stelt de Provincie het begrotingssaldo naar beneden bij als er sprake is van een niet reële bezuiniging. Met deze begroting vervallen enkele bezuinigingen. De nadelen zijn verwerkt in deze begroting. In Hoofdstuk 1 de financiële positie is dit toegelicht. 

Onttrekkingen en toevoegingen aan de reserves zijn van invloed op de financiële positie

Terug naar navigatie - Onttrekkingen en toevoegingen aan de reserves zijn van invloed op de financiële positie

Om eenmalige projecten te realiseren doen wij soms een beroep op de reserves. Ook worden eenmalige opbrengsten uit bijvoorbeeld de grondexploitaties toegevoegd aan de algemene reserve. Al deze onttrekkingen en toevoegingen vinden plaats na besluitvorming door de gemeenteraad.

De belangrijkste reserve in relatie tot onze financiële positie is de algemene reserve. Naast de algemene reserve zijn er nog diverse bestemmingsreserves. Deze reserves kennen een specifiek bestedingsdoel. De bestemmingsreserve kapitaallasten heeft een wat afwijkend karakter. Deze reserve gebruiken wij voor de dekking van kapitaallasten. De kapitaallasten zijn de rente en afschrijving van investeringen. Tegenover de jaarlijkse last in de begroting van de rente en afschrijving staat een jaarlijkse toevoeging aan de begroting ten laste van de reserve kapitaallasten. De onttrekkingen aan de bestemmingsreserve kapitaallasten zijn daarmee structureel opgenomen in de begroting. Dit maakt dat de bestemmingsreserve kapitaallasten niet vrij besteedbaar is tenzij er voor de wegvallende structurele bijdrage uit de reserve alternatieve structurele opbrengsten zijn.
In bijlage 6 nemen we een meerjarig overzicht van alle reserves op. We geven daarbij aan welke geraamde incidentele (I) en structurele (S) toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves er zijn. Ook is te zien hoeveel geld er in de reserves zit.
Een detailspecificatie van de algemene reserve staat in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. Naast bovenstaand inzicht in de cijfers van de begroting is ook het risicoprofiel van belang. In de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing lichten wij dit toe. In de paragraaf wordt ook de relatie gelegd met de Algemene Reserve en hoe die zich ontwikkelt.