Paragrafen
Lokale heffingen
Terug naar navigatie - - Lokale heffingenInleiding
Terug naar navigatie - Lokale heffingen - InleidingDe belastingtarieven voor 2026 berekenen we door het tarief van 2025 te verhogen met een indexatiepercentage van 1,9%. Dit is volgens de begrotingsrichtlijnen. Dit percentage is een combinatie van de verwachte loon- en prijsstijgingen bij de overheid. Het inflatiepercentage geldt voor de volgende belastingsoorten:
- Toeristenbelasting
- Forensenbelasting
- Lijkbezorging
- Precariobelasting
- Reclamebelasting
- Parkeerbelasting
Voor een aantal belastingen is de tariefberekening anders. De uitleg volgt hieronder. Uiterlijk tijdens de raadsvergadering van december 2025 stelt de gemeenteraad de belastingverordeningen 2026 vast.
In het dekkingsplan voor de Begroting 2026 is een ombuigingsmaatregel opgenomen om de belastingopbrengsten vanaf 2026 met jaarlijks 2% te indexeren. Bij de jaarlijkse vaststelling van de belastingverordeningen door de gemeenteraad wordt het definitieve indexatiepercentage vastgesteld. Voor 2026 is dat voor de meeste belastingsoorten 1,9%. Bij het raadsvoorstel van de belastingenverordeningen brengen we de financiële gevolgen van deze afwijking in beeld.
Havengelden
Terug naar navigatie - Lokale heffingen - HavengeldenVoor 2026 zien we af van indexering van het havengeldentarief. Dit voorkomt verdere lastenverzwaring voor intensieve gebruikers in een jaar waarin nog geen besluit is genomen over de invoering van een abonnementsstructuur. Dat biedt ruimte om de discussie over abonnementen zorgvuldig te voeren, terwijl de sector kan rekenen op stabiele tarieven. Daarbij geldt dat de opbrengsten uit havengelden in 2025 duidelijk hoger zijn dan in de periode 2021–2024. In 2027 kan indexering opnieuw overwogen worden. Op basis van actuele gegevens en met bestuurlijk draagvlak.
Rioolheffing
Terug naar navigatie - Lokale heffingen - RioolheffingOp 22 maart 2021 stelde de raad het 'Gemeentelijk Rioleringsplan 2021-2025' (GRP) vast. We voorzien dat we een nieuw WaterTakenPlan in 2026 vaststellen, inclusief de nieuwe rioolheffing voor 2027-2030. De rioolheffing voor 2026 blijft € 332,66 bij een verbruik tot 350 m3 per jaar.
|
|
Werkelijk |
Prognose |
|||
|
|
2022 |
2023 |
2024 |
2025 |
2026 |
|
Rioolheffing <350 m3 |
333 |
333 |
333 |
333 |
333 |
Afvalstoffenheffing
Terug naar navigatie - Lokale heffingen - AfvalstoffenheffingDe kosten voor het inzamelen, afvoeren en verwerken van huishoudelijk afval en grondstoffen betalen wij uit de inkomsten van de afvalstoffenheffing. Deze heffing per huishouden bestaat uit twee onderdelen:
1. Vastrecht; Het vastrecht tarief in 2026 is € 198,06. Dit tarief valt € 20,88 hoger uit per aansluiting dan in 2025.
2. Gedifferentieerd tarief (diftar); Huishoudens bieden zelf restafval en GFT aan om op te halen, en betalen per lediging. Dus hoe vaker zij dit afval aanbieden, hoe hoger de kosten. Dit geldt voor minicontainers en voor verzamelcontainers. De verwachting van het aantal aanbiedingen bepaalt het tarief voor 2026. De variabele tarieven laten een beperkte stijging zien ten opzichte van 2025.
De tarieven voor 2026 zijn:
Vastrecht: € 198,06
Diftar; per aanbieding:
REST minicontainer (adresgebonden Kliko) € 10,59
REST verzamelcontainer € 3,01
GFT minicontainer (adresgebonden Kliko) € 3,01
GFT verzamelcontainer € 0,84
Overzicht afvalstoffenheffing eigenaar en gebruiker per huishouden
|
|
Werkelijk |
Prognose |
|||
|
|
2022 |
2023 |
2024 |
2025* |
2026 |
|
Afvalstoffenheffing * |
205 |
224 |
246 |
266 |
295 |
|
* In februari 2026 verstuurt Tribuut de aanslagen gemeentelijke belastingen. Dan worden de ledigingen van afvalcontainers over 2025 opgelegd. Tot die tijd blijft de gemiddelde afvalstoffenheffing een prognose. De afvalstoffenheffing wordt berekend op basis van het verwachte gemiddelde aantal ledigingen per huishouden van de minicontainers plus het vastrecht. In 2026 is het verwachte gemiddelde 6,9 aanbiedingen minicontainers REST afval en 7,9 aanbiedingen minicontainers GFT afval per jaar. |
|||||
Onroerende zaakbelasting (OZB)
Terug naar navigatie - Lokale heffingen - Onroerende zaakbelasting (OZB)De onroerende zaakbelasting (OZB) bestaat uit een eigenaren- en een gebruikersbelasting. Wij berekenen de OZB tarieven aan de hand van de opbrengsten en de verwachte totale WOZ-waarde. De verwachtte gemiddelde WOZ-waardeontwikkeling voor het belastingjaar 2026 is 10,5% voor woningen en 2% voor niet woningen. Dit op basis van de WOZ waardeontwikkeling tussen waardepeildatum 01-01-2024 en 01-01-2025. Wij verhogen de opbrengsten van de onroerend zaakbelastingen in 2026 met de inflatiecorrectie van 1,9% ten opzichte van 2025.
De tarieven voor 2026 zijn:
OZB Eigenaren Woningen 0,0566%
OZB Eigenaren Niet Woningen 0,1391%
OZB Gebruikers Niet Woningen 0,1166%
|
|
Werkelijk |
Prognose |
|||
|
|
2022 |
2023 |
2024 |
2025 |
2026 |
|
Gemiddelde WOZ waarde woning (Bedragen x € 1.000) |
373 |
459 |
465 |
466 |
515 |
Marktgelden
Terug naar navigatie - Lokale heffingen - MarktgeldenWij hebben de marktgelden voor 2026 niet geïndexeerd. We zien namelijk een terugloop van de markt. We willen de markt aantrekkelijk houden voor de huidige marktkooplieden. Ook willen we nieuwe marktkooplieden interesseren om er in de toekomst te gaan staan. Als de belangstelling toeneemt, verwachten we meer opbrengsten. Verder is het in de toekomst mogelijk interessant om enige vorm van prijsdifferentiatie aan te brengen.
BIZ-bijdrage
Terug naar navigatie - Lokale heffingen - BIZ-bijdragePer 1 januari 2025 is op bedrijvenpark Aalsvoort een Bedrijven Investerings Zone ( BIZ) van kracht. Een BIZ is een afgebakend gebied, waarbinnen ondernemers samen investeren in de kwaliteit van hun bedrijfsomgeving. De jaarlijkse bijdragen van de bedrijven (op basis van de WOZ waarde) worden gebruikt voor activiteiten die de leefbaarheid, veiligheid, ruimtelijke kwaliteit en economische ontwikkeling van het bedrijvenpark bevorderen.
Leges
Terug naar navigatie - Lokale heffingen - LegesHet Gelders Genootschap adviseert ons over bouwplannen en toetst deze aan het welstands- en omgevingsbeleid. Hiervoor brengt het genootschap bij ons leges in rekening. De stijging van de tarieven van het Gelders Genootschap voor deze advisering in 2026 bedraagt 7,07%, met een minimum uurtarief van € 121. Deze lasten berekenen we door aan de aanvragers. In de tarieventabel van de legesverordening trekken we artikel 2.50.1.b gelijk met de tarieven van het Gelders Genootschap.
In het dekkingsplan van deze begroting is uitgegaan van het verhogen van de kostendekkendheid van de leges voor omgevingsvergunningen en bestemmingsplanwijzigingen vanaf 2026 (€ 50.000 meeropbrengst structureel). In vierde kwartaal 2025 vindt er een nader onderzoek plaats naar de kostendekkendheid. De uitkomsten hiervan krijgen hun vertaalslag in de Begroting 2027.
De leges worden geïndexeerd met 1,9%. De gemeenteraad stelt de legesverordening en de tarieventabel vast in december 2025.
Kwijtscheldingsbeleid
Terug naar navigatie - Lokale heffingen - KwijtscheldingsbeleidIn de gemeente Lochem kunnen belastingplichtigen kwijtschelding aanvragen voor de afvalstoffenheffing, rioolheffing en de onroerende zaakbelasting bij woningen. Kwijtschelding is mogelijk bij een inkomen op bijstandsniveau en een minimaal vermogen.
In 2026 begroten we €311.000 voor de kwijtschelding van de onroerende zaakbelasting, afvalstoffenheffing en rioolheffing.
Lokale lastendruk
Terug naar navigatie - Lokale heffingen - Lokale lastendrukDe gemiddelde WOZ-waarde in tabel 1.1 kan afwijken van de indicator Gemiddelde WOZ-waarde (Bijlage 9: Beleidsindicatoren). Dit komt door gebruik van verschillende bronnen. Bronnen voor de indicator zijn het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO) en waarstaatjegemeente.nl (CBS). Tribuut berekent de actuele WOZ-waarde. En neemt daarbij ook de herwaarderingen mee, bijvoorbeeld door bezwaren. Deze actuele WOZ-waarde staat in tabel 1.1 lokale lastendruk.
Tabel 1.1 Totaaloverzicht lokale lastendruk
Terug naar navigatie - Lokale heffingen - Tabel 1.1 Totaaloverzicht lokale lastendruk
|
Lokale lastendruk |
|
||||
|
|
Werkelijk |
Prognose |
|||
|
|
2022 |
2023 |
2024 |
2025 |
2026 |
|
Gemiddelde WOZ waarde woning (bedragen x € 1.000)¹ |
373 |
459 |
465 |
466 |
515 |
|
|
|||||
|
|
Werkelijk |
Prognose |
|||
|
|
2022 |
2023 |
2024 |
2025 |
2026 |
|
OZB eigenaar ¹ |
282 |
273 |
279 |
287 |
291 |
|
Afvalstoffenheffing² |
205 |
224 |
246 |
266 |
295² |
|
Rioolheffing <350 m3 |
333 |
333 |
333 |
333 |
333 |
|
Totaal |
819 |
830 |
858 |
886 |
919 |
|
|
|||||
|
|
Werkelijk |
Prognose |
|||
|
|
2022 |
2023 |
2024 |
2025 |
2026 |
|
Afvalstoffenheffing² |
205 |
224 |
246 |
266 |
295 |
|
Rioolheffing <350 m3
|
333 |
333 |
333 |
333 |
333 |
|
Totaal |
547 |
574 |
579 |
599 |
628 |
|
¹) Voor 2026 is de gemiddelde WOZ-waarde voor een woning een prognose en daardoor de OZB eigenaar ook. De uitkomsten van de herwaardering bepalen de definitieve waarden. |
|||||
|
²) In februari 2026 worden de aanslagen gemeentelijke belastingen verzonden door Tribuut. Dan worden de ledigingen over 2025 opgelegd. Tot die tijd blijft de gemiddelde afvalstoffenheffing een prognose. We berekenen de afvalstoffenheffing op basis van het verwachte gemiddelde aantal ledigingen per huishouden van de containers plus het vastrecht. In 2026 is het verwachte gemiddelde 6,6 aanbiedingen minicontainers REST afval en 7,6 aanbiedingen minicontainers GFT afval. |
|||||
Begrote lokale heffingen
Terug naar navigatie - Lokale heffingen - Begrote lokale heffingen(bedragen x € 1.000) |
||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Werkelijk |
Begroting |
Begroting |
Meerjarenbegroting |
|||||
Omschrijving |
2024 |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
||
Forensenbelasting |
277 |
259 |
264 |
394 |
413 |
433 |
||
OZB eigenaren niet-woningen |
953 |
1.008 |
1.027 |
1.047 |
1.136 |
1.156 |
||
OZB eigenaren woningen |
4.365 |
4.528 |
4.616 |
4.704 |
5.110 |
5.198 |
||
OZB gebruikers niet-woningen |
625 |
715 |
729 |
743 |
807 |
820 |
||
Toeristenbelasting |
1.084 |
925 |
943 |
1.111 |
1.130 |
1.148 |
||
Totaal lokale heffingen |
7.304 |
7.435 |
7.579 |
7.999 |
8.596 |
8.755 |
||
Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Terug naar navigatie - - Weerstandsvermogen en risicobeheersingInleiding
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - InleidingHet weerstandsvermogen geeft de mate aan waarin de gemeente in staat is financiële tegenvallers (risico's) op te vangen. Het weerstandsvermogen bepalen wij door de relatie te leggen tussen de middelen die beschikbaar zijn om de risico's financieel af te dekken (de beschikbare weerstandscapaciteit) en de financieel gekwantificeerde risico's (de benodigde weerstandscapaciteit).
Daarnaast geven we inzicht in de mutaties reserves en omvang van de vrij besteedbare algemene reserve.
Beschikbare weerstandscapaciteit
De beschikbare weerstandscapaciteit van de gemeente Lochem bestaat uit:
a. Exploitatie (structurele bronnen) bestaande uit:
- begrotingspost onvoorzien
- onbenutte belastingcapaciteit
b. Eigen vermogen (incidentele bron) bestaande uit:
- algemene reserve
|
Weerstandscapaciteit begroting 2026 |
Bedrag |
|
Onvoorzien |
0 |
|
Onbenutte belastingcapaciteit* |
€ 8.176.000 |
|
Totaal structureel |
€ 8.176.000 |
|
Weerstandscapaciteit begroting 2026 |
Bedrag |
|
Algemene reserve*
|
€ 25.341.000 |
|
Totaal incidenteel |
€ 25.341.000 |
|
* De stand per 31 december 2029 is de werkelijke stand per 1 januari 2025 vermeerderd met de geraamde mutaties t/m 2029. |
|
Risicomatrix
Op basis van de inschatting van het risico stellen wij een risicomatrix op. Hiermee geven wij een overall inzicht in omvang en kans waarop het risico zich kan voordoen.
|
Omvang risico |
|||||
|
Enorm |
11 |
|
|
|
|
|
Substantieel |
4-6 |
|
5-8 |
9 |
|
|
Matig |
|
|
|
1-12 |
|
|
Gering |
|
7 |
|
3 |
|
|
Minimaal |
|
|
|
|
|
|
|
Onwaarschijnlijk |
Mogelijk |
Aannemelijk |
Waarschijnlijk |
Zeer waarschijnlijk |
|
Kans risico |
|||||
Overzicht van alle structurele en incidentele risico’s (benodigde weerstandscapaciteit)
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Overzicht van alle structurele en incidentele risico’s (benodigde weerstandscapaciteit)Toelichting structurele risico's
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Toelichting structurele risico'sStructureel risico 1 Kosten Wmo woningaanpassingen
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Structureel risico 1 Kosten Wmo woningaanpassingen
|
1 |
Omschrijving Risico |
Kosten Wmo woningaanpassingen De uitgaven voor woningaanpassingen kunnen jaarlijks zeer wisselend zijn. Een klein aantal dure woningaanpassingen bepaalt vaak een groot deel van de lasten. De aanvragen voor deze grote, dure woningaanpassingen zijn grillig en onvoorspelbaar. |
|
Taakveld |
6.6 Maatwerkvoorzieningen WMO |
|
|
Beheers-maatregel |
Dit budget wordt sterk door individuele casuïstiek bepaald. Wij hebben hierop weinig sturingsmogelijkheden. In een breder verband blijven we binnen het sociaal domein continue kijken hoe we inwoners beter in staat kunnen stellen om minder afhankelijk te worden van hulpmiddelen. |
|
|
Bruto bedrag |
€ 100.000 |
|
|
Kans |
Waarschijnlijk 60-80% |
|
|
Nettobedrag |
€ 70.000 |
Structureel risico 2 Jeugdhulp, extra middelen 2022 en verder
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Structureel risico 2 Jeugdhulp, extra middelen 2022 en verder
|
2 |
Omschrijving Risico |
Jeugdhulp, extra middelen 2022 en verder Risico vervalt.
|
Structureel risico 3 Wet kwaliteitsborging voor het bouwen
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Structureel risico 3 Wet kwaliteitsborging voor het bouwen
|
3 |
Omschrijving Risico |
Wet kwaliteitsborging voor het bouwen De Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) is per 1 januari 2024 van kracht na meerdere keren uitstel. De invoering gaat in fases. De eerste overgangsjaren (2024-2025) leverden nog geen stabiel inzicht op. Landelijke signalen wijzen op een legesdaling van circa 30-40%. Vanaf de zomer 2025 wordt structureel gemonitord en zijn er veel projecten actief. Hierdoor worden de effecten pas in 2026 goed zichtbaar. |
|
Taakveld |
8.3 Wonen en bouwen |
|
|
Beheers-maatregel |
Voor gemeente Lochem betekent dit dat we het effect in 2026 kunnen bijstellen. Wij handhaven de vooraf ingeboekte -15% legesdaling als basis. Daarnaast reserveren we een extra risico van -15 - 20% op legesinkomsten vanaf 2026. Hierdoor kunnen we rekening houden met landelijke trends en lokale verschillen. Dit geeft ons de ruimte van een bandbreedte van ongeveer -15 - 35% legesderving. Dit lijkt een realistische inschatting, gezien de ervaringen van andere gemeenten en de lopende landelijke monitoring. |
|
|
Bruto bedrag |
€ 609.000 x 15% = € 91.000 |
|
|
Kans |
Waarschijnlijk 60% - 80% |
|
|
Nettobedrag |
€ 64.000 |
Structureel risico 4 Toerekening uren investeringen en grondexploitaties
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Structureel risico 4 Toerekening uren investeringen en grondexploitaties
|
4 |
Omschrijving Risico |
Toerekening uren investeringen en grondexploitaties Medewerkers van de gemeente Lochem steken tijd in het uitvoeren van investeringen en grondontwikkeling. Dit betekent dat we de kosten van de investeringen en de grondontwikkeling verhogen met de uren van de eigen medewerkers. De kosten van de investeringen en grondontwikkeling verdelen wij over meerdere jaren in de vorm van afschrijvingen. Hierdoor ontstaat in dat jaar een voordeel op de reguliere loonkosten binnen de begroting. Het toerekenen van eigen uren aan investeringen en grondontwikkeling kan alleen bij een goede balans tussen het aantal projecten en de beschikbare capaciteit. In de begroting houden wij ieder jaar rekening met € 675.000, te besteden aan investeringen en grondontwikkeling. Het risico bestaat dat er te weinig capaciteit beschikbaar is. Daardoor kan alsnog een deel van deze loonkosten ten laste van het resultaat komen. |
|
Taakveld |
9. Algemene dekkingsmiddelen |
|
|
Beheers-maatregel |
Jaarlijks schatten wij in of het aantal projecten en de toekomstige ontwikkeling in verhouding staat tot beschikbare capaciteit. Daarnaast wordt de voortgang actief gemonitord. |
|
|
Bruto bedrag |
€ 675.000 |
|
|
Kans |
Onwaarschijnlijk 0 – 20% |
|
|
Nettobedrag |
€ 68.000 |
Structureel risico 5 Onbenutte ruimte onder plafond BTW-compensatiefonds (BCF)
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Structureel risico 5 Onbenutte ruimte onder plafond BTW-compensatiefonds (BCF)|
5 |
Omschrijving Risico |
Onbenutte ruimte onder plafond BTW-compensatiefonds (BCF) Het Rijk heeft de regels voor het BTW-compensatiefonds (BCF) veranderd. Voorheen zat het geld van dit fonds structureel in de raming van de algemene uitkering. Nu nemen we bij de septembercirculaire alleen het geld voor het huidige jaar op. De wijziging levert een structureel financieel nadeel op voor de gemeenten. De provincie als financieel toezichthouder staat gemeenten toe om onder voorwaarden de verwachte inkomst weer structureel op te nemen in de begroting. Eén van de voorwaarden is het opnemen van een risicobeschrijving. |
|
|
Taakveld |
0.7 Algemene uitkering en overige uitkeringen gemeentefonds |
|
|
Beheers-maatregel |
Opnemen van een risicobeschrijving volgens het advies van de provincie. In het dekkingsplan voor de Begroting 2026 gaan we uit van de verhoging van de raming van 50% naar 100% van de laatst bekende afrekening. Als voorlopige raming nemen we op 100% van de laatst bekende afrekening. De raming is nu vanaf 2026 € 550.000 (meicirculaire 2025). |
|
|
Bruto bedrag |
€ 550.000 |
|
|
Kans |
Aannemelijk 40 – 60% |
|
|
Nettobedrag |
€ 275.000 |
Structureel risico 6 Structurele effecten leges door Omgevingswet
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Structureel risico 6 Structurele effecten leges door Omgevingswet
|
6 |
Omschrijving Risico |
Structurele effecten leges door Omgevingswet Steeds meer bouw- en planactiviteiten zijn vergunningsvrij of alleen meldingsplichtig. Hierdoor dalen de legesopbrengsten uit vergunningverlening. De uren voor personele inzet blijven bestaan, maar zonder kostendekkende compensatie via leges. |
|
Taakveld |
8.1 Ruimte en leefomgeving |
|
|
Beheers-maatregel |
Vanaf 2026 verwachten wij een duidelijker beeld van de structurele effecten van de Omgevingswet op de legesopbrengsten. Wij houden rekening met een blijvende daling van de inkomsten. De daling hangt af van twee dingen: Hoeveel bouwprojecten geen vergunning meer nodig hebben. En van keuzes in de uitvoering. Bijvoorbeeld de manier waarop we leges vaststellen. |
|
|
Bruto bedrag |
€ 370.000 |
|
|
Kans |
Onwaarschijnlijk 0 – 20% |
|
|
Nettobedrag |
€ 37.000 |
Structureel risico 7 Toename beroep op bijzondere bijstand
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Structureel risico 7 Toename beroep op bijzondere bijstand|
7 |
Omschrijving Risico |
Toename beroep op bijzondere bijstand De regeling bijzondere bijstand is een open einde regeling. Dit betekent dat iedereen die aan de voorwaarden voldoet er gebruik van kan maken. Door onze inzet op schuldhulpverlening en het stimuleren van gebruik van regelingen, kan het aantal aanvragen in 2026 stijgen. Dit brengt een financieel risico met zich mee. |
|
Taakveld |
6.3 Inkomensregelingen |
|
|
Beheers- maatregel |
We volgen de effecten van onze aanpak op het gebied van armoedebestrijding en schuldhulpverlening. Zo houden we zicht op de uitgaven en kunnen we op tijd bijsturen. |
|
|
Bruto bedrag |
€ 60.000 |
|
|
Kans |
Mogelijk 20 - 40%. |
|
|
Nettobedrag |
€ 18.000 |
Structureel risico 8 Prijsstijgingen en onzekerheid van levering
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Structureel risico 8 Prijsstijgingen en onzekerheid van levering|
8
|
Omschrijving Risico |
Prijsstijgingen en onzekerheid van levering In de afgelopen jaren stegen diverse diensten en producten sterk in prijs. Met name producten waarbij de componenten energie en transport een groot deel van de prijs bepalen. Daarnaast zijn er macro-economische factoren die zorgen voor prijsstijgingen. Gezien de ontstane onzekerheid over de prijsstijgingen en marktontwikkelingen nemen wij hiervoor een structureel risicobedrag op. Structureel, omdat ook aflopende contracten verlengd of opnieuw worden aanbesteed. |
|
Taakveld |
Alle taakvelden. |
|
|
Beheers- maatregel |
De verwachte mutaties in prijzen en loonkosten op rijksniveau beïnvloeden het accres. Wij pasten de stelpost prijzen in onze begroting aan op basis van de informatie in de laatste circulaire. Bij de raming voor verwachte prijsstijgingen 2025 gingen we uit van 2,7%. In werkelijkheid is er meer |
|
|
Bruto bedrag |
€ 400.000 |
|
|
Kans |
Aannemelijk 40 - 60% |
|
|
Nettobedrag |
€ 200.000 |
Structureel risico 9 Arbeidsmarkt
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Structureel risico 9 Arbeidsmarkt
|
9
|
Omschrijving Risico |
Arbeidsmarkt Voor verschillende vakgebieden heerst er krapte op de arbeidsmarkt. Daardoor komt het voor dat bij verloop vacatures niet direct kunnen worden ingevuld en zelfs inhuur noodzakelijk is. Hier loopt de gemeente Lochem een risico. Op dit moment hebben we te maken met een verloop van ongeveer 10 % bij een loonsom van € 25.000.000. We merken dat bij ongeveer 1 op de 5 gevallen een vacature niet direct kan worden ingevuld. Dit maakt dat we een risico lopen van € 500.000. |
|
Taakveld |
Alle taakvelden. |
|
|
Beheers- maatregel |
Inmiddels is een arbeidsmarktstrategie vastgesteld. Hieruit volgen verschillende acties m te zorgen dat we gekwalificeerd personeel kunnen blijven aantrekken. | |
|
Bruto bedrag |
€ 500.000 |
|
|
Kans |
Aannemelijk 60 - 80% |
|
|
Nettobedrag |
€ 350.000 |
Totaal nettobedrag structurele risico’s
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Totaal nettobedrag structurele risico’s
Totaal nettobedrag structurele risico’s € 1.082.000
Toelichting incidentele risico's
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Toelichting incidentele risico'sIncidenteel risico 10 Grondexploitaties
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Incidenteel risico 10 Grondexploitaties
|
10 |
Omschrijving Risico |
Grondexploitaties Per grondexploitatie brengen we de risico’s in kaart op basis van de huidige inzichten. Hoe verder een plan in ontwikkeling is, hoe minder risico’s te verwachten zijn. Voor het bepalen van de risico’s, gebruiken we de Monte Carlosimulatie. Deze simulatie berekent het financiële projectrisico. Daardoor is met een betrouwbaarheid van 90% zeker dat het weergegeven financieel risico, het maximale risico is. Het totaalbedrag aan risico’s voor de grondexploitaties is € 1.419.000. |
|
Taakveld |
Programma 3 en 8 |
|
|
Beheers-maatregel |
Waar nodig is er overleg met de gemeenteraad over programmawijzigingen en de financiële gevolgen daarvan. De ontwikkelingen op de woningmarkt en de risico’s die daarbij horen, houden we scherp in de gaten. |
|
|
Bruto bedrag |
n.v.t. |
|
|
Kans |
n.v.t. |
|
|
Nettobedrag |
€ 1.419.000 |
Incidenteel risico 11 Garanties
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Incidenteel risico 11 Garanties|
11 |
Omschrijving Risico |
Garanties De gemeente verleent in het kader van haar maatschappelijke taak garanties aan verenigingen, stichtingen en het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Het gaat om € 50.151.000 per 31 december 2024. Op 15 september 2025 stelde de raad het raadsvoorstel 'Garantie geldlening Vereniging De Lochemse Golfclub' vast. Daarmee verleent het college een nieuwe garantie van maximaal € 5 miljoen, waarvan € 4,75 miljoen als risico bij ons resteert omdat Stichting Waarborgfonds Sport (SWS) ons een garantie verstrekt van maximaal € 250.000. Het totaalbedrag aan garanties komt daarmee per saldo uit op maximaal € 55.151.000 minus € 250.000 = € 54.901.000. |
|
|
Taakveld |
0.5 Treasury |
|
|
Beheers-maatregel |
Het WSW maakte afspraken met de VNG en het ministerie van BZK. Deze afspraken gaan over toezicht, verantwoording en informatievoorziening. Woningcorporaties en het WSW geven informatie over de gemeentelijke achtervangpositie binnen het WSW. Voor de andere garanties is de gemeente afhankelijk van de bedrijfsvoering en (financiële) resultaten van de derden aan wie de garanties zijn verstrekt. Daarom controleren we regelmatig hoe dit gaat. |
|
|
Bruto bedrag |
€ 4.750.000 |
|
|
Kans |
Onwaarschijnlijk 0 – 20% |
|
|
Nettobedrag |
€ 475.000 |
Incidenteel risico 12 Oninbaarheid lening Trefpunt
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Incidenteel risico 12 Oninbaarheid lening Trefpunt|
12 |
Omschrijving |
Oninbaarheid lening 't Trefpunt In 2025 voerden we verschillende gesprekken over de aflossing van de geldlening aan ’t Trefpunt. Het Trefpunt heeft exploitatieproblemen. We besloten daarom voorlopig de openstaande termijnen nog niet te innen. Het Trefpunt lost niet meer af, maar betaalt wel de jaarlijkse rentekosten. Tussentijdse gesprekken met 't Trefpunt hebben uitgewezen dat de financiële situatie bij 't Trefpunt niet is veranderd. Het innen van de termijnbedragen zou de continuïteit van deze dorps-/sportaccommodatie in gevaar brengen. Dit knelpunt brachten we in beeld, in aanloop naar het raadsvoorstel voor de ontwikkeling van de mfa in Gorssel (raad 18-12-2023). Het besluit over het niet meer innen van de openstaande termijnen en daarmee laten vervallen van de lening nemen wij mee bij de verdere ontwikkeling en besluitvorming van het accommodatieplan Gorssel. |
|
Taakveld |
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie |
|
|
Beheers-maatregel |
De boekwaarde van de lening verrekenen wij binnen de ontwikkeling van het accommodatieplan Gorssel. |
|
|
Bruto bedrag |
€ 143.000 |
|
|
Kans |
Waarschijnlijk 60 - 80% |
|
|
Netto bedrag |
€ 100.000 |
Totaal nettobedrag incidentele risico’s
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Totaal nettobedrag incidentele risico’sTotaal nettobedrag incidentele risico’s € 1.994.000
Om makkelijk te beoordelen en vergelijken werken wij met een ratio weerstandsvermogen
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Om makkelijk te beoordelen en vergelijken werken wij met een ratio weerstandsvermogenDit is een getal dat laat zien of wij voldoende financiële reserves hebben om risico’s op te vangen. Wij maken onderscheid in structureel en incidenteel. Bij de structurele ratio delen we het bedrag voor onvoorzien en de onbenutte belastingcapaciteit door de som van de structurele risico’s. Bij de incidentele ratio delen wij het vrij besteedbaar deel van de algemene reserve door de som van de incidentele risico’s. Hieronder geven wij de berekening van de ratio:
Ratio structureel weerstandsvermogen:
8.176.000 = 7,6
1.082.000
Ratio incidenteel weerstandsvermogen:
25.341.000 = 12,7
1.994.000
Ons weerstandsvermogen
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Ons weerstandsvermogenOm de ratio van het weerstandsvermogen te beoordelen, gebruiken wij de volgende beoordelingstabel:
|
Beoordelingstabel weerstandsvermogen |
||
|
Schaal |
Ratio weerstandsvermogen |
Betekenis |
|
A |
> 2,0 |
Uitstekend |
|
B |
1,4 < x < 2,0 |
Ruim voldoende |
|
C |
1,0 < x < 1,4 |
Voldoende |
|
D |
0,8 < x < 1,0 |
Matig |
|
E |
0,6 < x < 0,8 |
Onvoldoende |
|
F |
< 0,6 |
Ruim onvoldoende |
|
Bron: De beoordelingstabel weerstandsvermogen is opgesteld door het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement (NAR). |
||
Het structurele weerstandsvermogen is 7,6 en valt in schaal A en is uitstekend.
Ten opzichte van de jaarrekening 2024 neemt de ratio voor het structurele weerstandsvermogen af van 8,6 naar 7,6. De lagere ratio komt doordat de onbenutte belastingcapaciteit hoger is en het risicobedrag beperkt gestegen is.. Het hogere risicobedrag komt voornamelijk doordat het risico voor arbeidsmarkt is toegevoegd. Daartegenover staat het vervallen van de risico Jeugdhulp, extra middelen 2022 en verder.
Het incidentele weerstandsvermogen is 12,7 en valt in schaal A en is uitstekend.
Ten opzichte van de jaarrekening 2024 neemt de ratio voor het incidentele weerstandsvermogen toe van 10,3 naar 12,7. De hogere ratio komt met name door de afname van het risicobedrag in de grondexploitaties. Het risico neemt af van € 2.611.000 (jaarrekening 2024) naar € 1.994.000 in de begroting 2026.
Financiële kengetallen
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Financiële kengetallenIn deze paragraaf staan financiële kengetallen. Deze kengetallen laten zien hoe de gemeente er nu financieel voor staat, hoe het ging in het verleden. En wat we verwachten voor de toekomst. Alle gemeenten berekenen deze kengetallen op dezelfde manier. Daardoor zijn gemeenten onderling goed te vergelijken.
Kengetallen: |
Jaarrekening |
Begroting |
Begroting |
Norm |
Meerjarenbegroting |
|||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2024 |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
|||
Netto schuldquote |
1% |
24% |
24% |
A |
38% |
44% |
35% |
|
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen |
-6% |
17% |
17% |
A |
30% |
36% |
28% |
|
Solvabiliteitsratio |
58% |
47% |
45% |
B |
40% |
36% |
37% |
|
Grondexploitatie |
9% |
7% |
5% |
A |
5% |
5% |
5% |
|
Structurele exploitatieruimte |
8% |
3% |
2% |
A |
1% |
0% |
0% |
|
Belastingcapaciteit |
87% |
84% |
87% |
A |
87% |
87% |
87% |
|
Beoordeling en toelichting financiële kengetallen
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Beoordeling en toelichting financiële kengetallenDe afzonderlijke financiële kengetallen zeggen nog weinig over hoe de financiële positie van de gemeente is. Zo hoeft een hoge schuld niet nadelig te zijn voor de financiële positie. Dat hangt af van het eigen vermogen en de inkomsten die er tegenover staan. En van hoe groot de kans is dat de schuld weer wordt afgelost. De kengetallen bekijk je altijd in samenhang en je vergelijkt ze met normen. Hieronder leggen we de belangrijkste cijfers uit.
Netto schuldquote en netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen
Dit cijfer laat zien hoeveel schuld de gemeente heeft ten opzichte van haar eigen middelen. Hoe hoger de schuld, hoe hoger de netto schuldquote. Het geeft aan hoeveel druk de rente en aflossingen leggen op de exploitatie. Om inzicht te krijgen in hoeverre er sprake is van doorlenen, laten we de netto schuldquote op twee manieren zien: Inclusief en exclusief doorgeleende gelden (netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen). Het kengetal verslechtert in de jaren 2027-2029 door de geplande investeringen, waarvoor langlopende leningen aangetrokken dienen te worden.
Solvabiliteitsratio
Dit kengetal laat zien of wij aan onze financiële verplichtingen te voldoen. Hoe hoger de solvabiliteitsratio, hoe groter de weerbaarheid van de gemeente. De solvabiliteitsratio neemt af door de verwachte tekorten voor de jaren 2026-2029.
Structurele exploitatieruimte
Voor een goede financiële positie moeten de structurele inkomsten en uitgaven in balans zijn. Een positief percentage betekent dat de structurele inkomsten hoog genoeg zijn om de structurele uitgaven te betalen. Dit zijn ook rente en aflossingen van leningen.
Grondexploitatie
Het kengetal grondexploitatie geeft aan hoe groot de grondpositie (de waarde van de grond) is ten opzichte van de totale baten.
Belastingcapaciteit
De ruimte die een gemeente heeft om zijn belastingen te verhogen wordt vaak gerelateerd aan de totale woonlasten. De woonlasten bestaan uit de OZB, de rioolheffing en afvalstoffenheffing voor een woning met gemiddelde WOZ-waarde in die gemeente. De belastingcapaciteit van gemeenten wordt daarom berekend door de totale woonlasten van een meerpersoonshuishouden in jaar t te vergelijken met het landelijk gemiddelde in jaar t-1 en uit te drukken in een percentage. Het tarief voor rioolheffing en afvalstoffenheffing is bij ons 100% kostendekkend. Er is nog ruimte om het OZB tarief te verhogen (onbenutte belastingcapaciteit).
Normering
Om goed invulling te geven aan de waarde van deze financiële kengetallen is een normenkader van belang. We sluiten aan bij de signaleringswaarden van de provincie Gelderland.
Signaleringswaarden kengetallen provincie Gelderland
| Kengetallen | Provincie Gelderland 7-10-2015 Signaleringswaarden stresstest 100.000+ gemeenten |
||
| Categorie A Minst risicovol |
Categorie B | Categorie C meest risicovol |
|
| Netto schuldquote | < 90% | 90 - 130% | > 130% |
| Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen | < 90% | 90 - 130% | > 130% |
| Solvabiliteitsratio | > 50% | 20 - 50% | < 20% |
| Structurele exploitatieruimte | Begr. en MJR > 0% |
Begr. of MJR > 0% |
Begr. en MJR < 0% |
| Grondexploitatie | < 20% | 20 - 35% | > 35% |
| Belastingcapaciteit | < 95% | 95 - 105% | > 105% |
In bovenstaande tabel staan de signaleringswaarden die de provincie Gelderland als normenkader hanteert. Aan deze categorieën is geen directe kwalificatie gegeven.
Onderhoud kapitaalgoederen
Terug naar navigatie - - Onderhoud kapitaalgoederenInleiding
Het beleid van het onderhoud van kapitaalgoederen maken we inzichtelijk door de (meerjaren) beheerplannen. De plannen beschrijven de huidige en gewenste staat van onderhoud. Wat er nodig is om die te behouden of te bereiken. En hoeveel geld hiervoor nodig is.
Op dit moment kennen wij de volgende plannen:
|
Vastgesteld door |
Looptijd van - t/m |
Financiële vertaling in begroting |
Achterstallig onderhoud |
|
|
Beheerplan Openbare verlichting met doorkijk t/m 2037 |
College B&W en raad |
2020-2023 |
Ja |
Nee |
|
Beleidsplan Openbare verlichting |
raad |
2020-2028 |
Ja |
Nee |
|
Beheerplan Wegen |
College B&W |
2025-2030 |
Ja |
Nee |
|
Beheerplan Civiele Kunstwerken |
College B&W |
2025-2030 |
Ja |
Nee |
|
IBOR (Integraal beheer openbare ruimte) |
raad |
2019-2028 |
Ja |
Nee |
|
Riolering |
raad |
2021-2025 |
Ja |
Nee |
|
Gebouwen - Nota MOP 2023-2027 |
raad |
2019-2028 |
Ja |
Nee |
|
Openbare verlichting |
|
Beleidskader |
|
Onze inwoners willen een duurzame, leefbare, energiezuinige en prettige openbare ruimte. De openbare ruimte is veilig en op orde. Het beleidsplan “Licht in de Openbare Ruimte” draagt daar aan bij. |
|
Ontwikkelingen |
|
Geen ontwikkelingen |
|
Financiële consequenties |
| De vastgestelde middelen binnen het beleidsplan 'Licht in de Openbare Ruimte' en het beheerplan Openbare Verlichting 2021-2023 met doorkijk naar 2037 bieden voldoende ruimte om de openbare verlichting in 2026 te kunnen onderhouden. |
|
|
|
Wegen |
|
Beleidskader |
|
Er is een beheerplan Wegen 2025 - 2030 opgesteld. Het beheerplan is opgesteld binnen reeds vastgestelde beleidskaders. Dit zijn o.a. het IBOR-plan, het Mobiliteitsplan Lochem en het Klimaatadaptatieplan. |
|
Ontwikkelingen |
|
In 2026 willen we ons wegenareaal gaan beheren volgens het beheerplan Wegen 2025-2030. Het beheerplan ondersteunt ons in het structureel beheren en onderhouden van ons gehele wegenareaal, inclusief de half- en onverharde wegen. De opgaven vanuit het beheerplan komen in een Meerjaren Onderhoudsplan (MJOP). Dit beheerplan wordt afgestemd met de andere opgaven in de openbare ruimte. |
|
Financiële consequenties |
|
Sinds 2025 hebben we de voorziening groot onderhoud. Vanaf 2026 volgt een jaarlijkse aanvulling van de voorziening van € 1,8 miljoen. |
|
|
|
Kunstwerken |
|
Beleidskader |
|
Er is een beheerplan Civiele Kunstwerken 2025 - 2030 opgesteld. Het beheerplan is opgesteld binnen reeds vastgestelde beleidskaders. Dit zijn o.a. het IBOR-plan, het Mobiliteitsplan Lochem, het Klimaatadaptatieplan. |
|
Ontwikkelingen |
|
In 2026 willen we onze civiele kunstwerken beheren volgens het beheerplan civiele kunstwerken 2025 – 2030. Het beheerplan ondersteunt ons in het structureel beheren en onderhouden van civiele kunstwerken. De opgaven vanuit het beheerplan komen in een Meerjaren Onderhoudsplan (MJOP). We stemmen dit af met de andere opgaven in de openbare ruimte. |
|
Financiële consequenties |
|
Sinds 2025 hebben we de voorziening groot onderhoud civiele kunstwerken. Jaarlijks is er een aanvulling van € 80.000 voor de voorziening. |
|
|
|
Integrale Beheerplan Openbare Ruimte (IBOR) |
|
Beleidskader |
|
In 2019 is het Integraal Beheerplan voor de Openbare Ruimte (IBOR) vastgesteld met de ambities voor beheer en onderhoud binnen de gemeente voor de periode 2020-2030. De gemeenteraad heeft hierbinnen gekozen voor het scenario “Spelen, Bewegen en Ontmoeten”. |
|
Ontwikkelingen |
|
In 2025-2026 evalueren we het huidige IBOR-plan. |
|
Financiële consequenties |
| Financiële consequenties brengen we in beeld bij de herijking. |
|
|
|
Riolering |
|
Beleidskader |
|
Het gemeentelijk rioleringsplan is in 2021 vastgesteld en beschrijft de watertaken voor de gemeente. We zorgen voor de inzameling en transport van stedelijk afvalwater, de verwerking van afvloeiend hemelwater en het beperken van de nadelige gevolgen van de grondwaterstand. |
|
Ontwikkelingen |
| Door klimaatverandering kan wateroverlast ontstaan. Bij de diverse plannen in de openbare ruimte nemen we maatregelen tegen die overlast. Ook brengen we kwetsbare locaties voor droogte en hitte in beeld. We willen uit afvalwater waardevolle grondstoffen en energie terugwinnen. Bij onderhoud en vervanging van de pompen en gemalen dringen we het energieverbruik terug. In 2026 wordt het Watertakenplan opgeleverd (voormalige GRP). |
|
Financiële consequenties |
|
Binnen het budget van € 12 miljoen, die de raad beschikbaar heeft gesteld bij het GRP 2021, zit ruimte om in 2026 de noodzakelijke werkzaamheden aan ons gemeentelijk riool uit te kunnen voeren. De rioolheffing gaat voor 2026 niet omhoog. |
|
|
|
Gebouwen |
|
Beleidskader |
|
Voor het onderhoud van alle gebouwen geldt in eerste instantie het Meerjarig Onderhoudsplan gebouwen (MOP) als kader. Dit meerjarenplan beschrijft de gewenste staat van onderhoud en hoeveel geld hiervoor nodig is. Het huidig MOP loopt tot en 2027. Daarnaast heeft het gemeentelijk accommodatiebeleid strategische invloed op de uitvoering van het onderhoud. Op basis van het accommodatiebeleid heeft de gemeente slechts een taak voor de instandhouding van huisvesting voor onderwijs (scholen voor primair onderwijs) en bewegingsonderwijs (gymzalen). Vaak is bij deze gebouwen sprake van een combinatie met andere maatschappelijke voorzieningen (sport-, cultuur- en welzijnsfuncties). Het beheer en onderhoud van dergelijke accommodaties zetten wij steeds meer ‘op afstand’ en wij proberen de inzet van onze financiële middelen zover mogelijk af te bouwen. |
|
Ontwikkelingen |
|
De periode waarvoor het huidig MOP geldt, loopt tot en met 2027. Voor de periode vanaf 2028 moeten we over een geactualiseerd MOP beschikken. In Q2 2026 vernieuwen we het accommodatiebeleid. |
|
Financiële consequenties |
|
Groot onderhoud binnen het MOP betalen we uit de voorziening onderhoud gebouwen. Deze voorziening moet voldoende zijn om het geplande onderhoud op elk moment te kunnen uitvoeren. Klein (dagelijks) onderhoud komt rechtstreeks ten laste van de exploitatierekening. Elke 5 jaar moet een geactualiseerd MOP worden vastgesteld. |
|
|
Bedrijfsvoering
Terug naar navigatie - - BedrijfsvoeringOrganisatie
Terug naar navigatie - Bedrijfsvoering - OrganisatieBestuur en ondersteuning |
||||||
|---|---|---|---|---|---|---|
Indicator |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
Onderbouwing van de waarden/ambitie |
Formatie |
7,9 |
8,0 |
8,2 |
8,2 |
8,2 |
Conform wetgeving BBV, aantal FTE per 1.000 inwoners |
Bezetting |
7,6 |
7,6 |
7,6 |
7,6 |
7,6 |
Aantal FTE per 1.000 inwoners |
Apparaatskosten |
769 |
921 |
931 |
953 |
977 |
Kosten (€) per inwoner |
Externe inhuur |
7,7 |
7,9 |
6,0 |
6,0 |
6,0 |
Kosten als % van totale loonsom + totale kosten inhuur externen |
Overhead |
10,1 |
12,9 |
13,0 |
12,5 |
12,7 |
Percentage van de totale lasten (excl. reservemutaties) |
In bovenstaande tabel staan de indicatoren van bestuur en ondersteuning. Er is een aantal in het oog springende afwijkingen. Dit vraagt om een toelichting.
Apparaatskosten:
Deze nemen toe van € 769 per inwoner naar € 921 in 2026 oplopend naar € 977 in 2029.
Met het vaststellen van de Begroting 2025 door de raad, zijn voor 2025 en verder extra personele middelen beschikbaar gekomen voor onder andere organisatieontwikkeling (1.7 miljoen) en sturen op arbeidskosten (2,1 miljoen).
Dit zorgt voor een stijging van de totale personele lasten en daarmee de kosten per inwoner.
Deze stijging was niet meegenomen in de indicatoren die zijn opgenomen in de Begroting 2025.
Externe inhuur:
De externe inhuur blijft in 2026 ongeveer gelijk aan 2025. Daarna gaat deze van 7,9 naar 6,0.
Deze daling ontstaat doordat in de jaren 2025 en 2026 de inhuur die voortkomt uit de opvang van ontheemden is geraamd.
Overhead:
De indicator overhead stijgt van 10,1 naar 12,9. Dit ontstaat doordat de totale last voor overhead harder stijgt dan de totale lasten in de begroting. Dit komt door de al eerdergenoemde organisatieontwikkeling.
Personeel
Terug naar navigatie - Bedrijfsvoering - PersoneelKrapte op de arbeidsmarkt
In 2025 is de organisatie verder ontwikkeld. Voor de laatste openstaande vacatures zijn succesvol mensen gevonden maar het werven en behouden van gekwalificeerde medewerkers vraagt ook in 2026 onze aandacht. Op verschillende vakgebieden is de arbeidsmarkt krap en de concurrentie groot. We hebben creatieve oplossingen en maatwerk nodig om vacatures in te vullen. We huren tijdelijke medewerkers in als een vacature nog niet is ingevuld en bij langdurig ziekteverzuim van medewerkers.
HR onderwerpen
De organisatieontwikkeling is ingezet om de kwaliteit van de dienstverlening aan onze de inwoners te blijven garanderen. Ook willen we goed kunnen reageren op veranderingen in de samenleving. Op basis van de ervaringen met het nieuwe organisatiemodel en de uitkomsten van het medewerkerstevredenheidsonderzoek gaan we in 2026 verder met de organisatieontwikkeling.
In 2025 is een arbeidsmarktstrategie vastgesteld. Hierin worden verschillende onderwerpen benoemd waarmee team HR aan de slag is gegaan en in 2026 vervolg geeft. Denk hierbij aan strategische personeelsplanning, opleiding & ontwikkeling en duurzame inzetbaarheid.
Functiewaarderingssysteem HR21
De VNG heeft met HR21 een modelfunctie-waarderingssysteem voor gemeenten ontwikkeld. In 2026 stappen we daarop over. HR21 biedt een dekkend bestand aan normfuncties. Deze normfuncties zijn voorzien van een functiewaardering. HR21 legt daarnaast de verbinding tussen functies en lokaal beloningsbeleid. Door over te stappen op HR21 vergroot de gemeentelijke slagkracht door functies, competenties en resultaten te verbinden.
Integriteit
Terug naar navigatie - Bedrijfsvoering - IntegriteitWe hebben een actueel integriteitsbeleid. Het hebben van beleid is slechts de basis. Communicatie over en aandacht voor integriteit maken dat het gaat leven binnen de organisatie.
Dit doen we via informatiebijeenkomsten voor medewerkers en leidinggevenden. Ook besteden we regelmatig aandacht aan integriteit op ons intranet voor medewerkers.
Inkoop
Terug naar navigatie - Bedrijfsvoering - InkoopIn het najaar van 2025 is het team Inkoop weer op sterkte gekomenen door het aantrekken van een fulltime inkoopcoördinator. De rechtmatigheid van onze inkoopprocessen is een (nog) belangrijker aandachtspunt geworden nu het college vanaf 2024 de rechtmatigheidsverklaring moet afgeven. Voorheen deed de accountant dit. We zetten in op het goed inrichten van de inkoop- en aanbestedingsprocessen, goede ondersteuning aan de budgethouders en het actueel houden van het inkoop- en aanbestedingsbeleid aan nieuwe ontwikkelingen.
Informatiebeleid
Terug naar navigatie - Bedrijfsvoering - InformatiebeleidWe zijn gestart met het opnieuw formuleren van het Informatiebeleid (I-visie). Deze I-visie schetst hoe informatiemanagement de wisselwerking tussen ICT en bedrijfsvoering begeleidt, met als doel een betere afstemming (Business IT alignment). Vanuit interne en externe kaders worden ambities benoemd en georganiseerd in een gezamenlijk plan om deze te realiseren. De wereld verandert, wij veranderen mee. Hoe en in welk tempo, dat bepalen we de komende maanden.
Gegevensmanagement
In 2025 is een GEO-specialist aangetrokken. Deze specialist is gestart met het beschikbaar stellen van (geo)informatie naar medewerkers en inwoners. Daarnaast is de aanbesteding van luchtfoto's afgerond.
Informatiebeheer
In 2025 is een groot gedeelte van ons analoge archief overgebracht naar het Regionaal Archief Zutphen. Daarnaast is gestart met het inzichtelijk maken van de documenten uit ons analoge en digitale archief, die vernietigd en verwijderd moeten worden.
Informatieveiligheid en gegevensbescherming
Terug naar navigatie - Bedrijfsvoering - Informatieveiligheid en gegevensbeschermingIn 2025 en 2026 richten we ons op de invoering van de nieuwe Europese richtlijn NIS2. Deze richtlijn is vanaf oktober 2024 van kracht, maar is pas in 2025 omgezet in Nederlandse wetgeving. Voor de gemeente Lochem betekent dit (nog) strengere eisen aan de informatiebeveiliging. Met name voor de meldplicht, de zorgplicht en het toezicht heeft deze wet strengere regels.
ICT
Terug naar navigatie - Bedrijfsvoering - ICTICT voert het informatiebeleid uit en richt zich vooral op werken in de cloud en het veilig houden van informatie. Hardware en software worden steeds vernieuwd, met zo min mogelijk hinder voor medewerkers. In 2026 werkt ICT aan de verdere uitrol van Microsoft Cloud en ondersteunt hybride werken en snelle technologische veranderingen. De strategie is: “Cloud, tenzij”, wat betekent dat cloudoplossingen de voorkeur hebben boven lokale systemen. Bij het kiezen van oplossingen kijkt ICT naar gebruiksgemak, betrouwbaarheid, wetgeving en innovatie. Tegelijkertijd beseffen we dat er risico's zijn als gevolg van geo-politieke ontwikkelingen. We acteren, binnen onze mogelijkheden, op deze risico's.
Rechtmatigheid en Getrouwheid
Terug naar navigatie - Bedrijfsvoering - Rechtmatigheid en GetrouwheidHet college is verantwoordelijk voor de getrouwheid van de informatieverstrekking en de rechtmatigheid van het financiële beheer. Getrouwheid verwijst naar de juistheid, volledigheid en tijdigheid van de informatie die we verstreken in de verantwoording. Rechtmatigheid houdt in we handelen en uitgaven doen binnen de kaders van geldende wet- en regelgeving, beleidsregels en interne richtlijnen.
Om dit te borgen, is er jaarlijks een interne toetsing van de belangrijkste bedrijfsonderdelen. Deze toetsing gaat volgens het Controleplan Verbijzonderde Interne Controle. De kaderstelling voor de rechtmatigheid van dit controleplan komt voort uit wetten en verordeningen en wordt vertaald in een normenkader dat de gemeenteraad jaarlijks vaststelt. In de rechtmatigheidsverantwoording bij de jaarrekening rapporteert het college aan de raad over eventuele overschrijdingen van de toegestane verantwoordingsgrenzen.
Hiermee wordt niet alleen voldaan aan externe eisen, maar dragen we ook bij aan transparantie, vertrouwen en een integere bedrijfsvoering.
Planning en Control
Terug naar navigatie - Bedrijfsvoering - Planning en ControlHet planning- en controlproces is een essentieel onderdeel van de sturing en beheersing van onze organisatie. De realisatie van strategische en operationele doelen, bewaken we met een gestructureerde cyclus van plannen, monitoren en bijsturen. Het proces en de inhoud van de P&C-documenten, zoals kadernota, begroting en jaarrekening zijn voortdurend onderwerp van gesprek. In de organisatie, het college en de gemeenteraad.
In 2026 zijn de gemeenteraadsverkiezingen. We passen de planning van de P&C-cyclus hierop aan.
Administratieve Organisatie / Interne Controle
Terug naar navigatie - Bedrijfsvoering - Administratieve Organisatie / Interne ControleEen goed ingerichte administratieve organisatie en interne controle (AO/IC) zorgen ervoor dat de organisatie ‘in control’ blijft. Met goede controles kun je risico's op tijd signaleren, fouten en fraude voorkomen en de betrouwbaarheid van de informatievoorziening waarborgen. Functiescheiding, autorisatieprocedures en periodieke controles vormen hierbij belangrijke pijlers. Bevindingen over uitgevoerde controles rapporteren we intern. De bevindingen zijn een graadmeter van de kwaliteit van de bedrijfsvoering.
De accountant geeft hierover, als externe, ook zijn oordeel tijdens de jaarlijkse interim- en jaarrekeningcontrole. Een goede interne beheersing zorgt voor verantwoorde besluitvorming en een juiste en volledige rechtmatigheidsverantwoording.
Financiering
Terug naar navigatie - - FinancieringInleiding
Voor de uitvoering van de programma’s zijn financiële middelen nodig. Om tijdig en tegen gunstige tarieven gelden aan te trekken of uit te zetten is de uitvoering van de treasuryfunctie belangrijk.
Beleid financiering
In het Treasurystatuut wordt de beleidsmatige infrastructuur van de treasuryfunctie vastgelegd in de vorm van uitgangspunten, doelstellingen, richtlijnen en limieten.
Financiering
Opgenomen vaste geldleningen
De opgenomen vaste geldleningen hebben op 1 januari 2026 een boekwaarde van € 3.862.122. In 2026 wordt hierop € 917.329 afgelost en aan rente is € 159.282 verschuldigd. De leningen hebben op 1 januari 2026een gemiddeld gewogen rentepercentage van 4,68 procent (4,56 procent in 2025). Het gemiddelde rentepercentage stijgt, omdat de leningen met een laag rentepercentage bijna afgelost zijn.
Liquiditeitsbegroting
Bedragen x € 1.000 |
||||||
|---|---|---|---|---|---|---|
Liquiditeitsprognose |
Realisatie |
Begroting |
||||
2024 |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
|
Kasstroom uit operationele activiteiten |
||||||
Resultaat |
3.819 |
-2.113 |
511 |
1.466 |
1.020 |
1.125 |
Afschrijvingen, afwaarderingen |
3.412 |
3.813 |
4.081 |
4.469 |
4.922 |
5.192 |
Mutatie werkkapitaal |
||||||
Mutatie voorraden |
-805 |
2.920 |
1.831 |
15 |
30 |
0 |
Mutatie uitzettingen, overlopende activa |
3.582 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Mutatie vlottende schuld, overlopende passiva |
1.912 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Mutatie reserves |
1.738 |
-2.714 |
-224 |
-2.021 |
-6.974 |
-1.953 |
Mutatie voorzieningen |
3.356 |
1.968 |
4.641 |
4.818 |
4.014 |
4.397 |
Mutatie waarborgsommen, overige vaste schuld |
0 |
-323 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Kasstroom uit operationele activiteiten |
17.014 |
3.551 |
10.840 |
8.747 |
3.012 |
8.761 |
Kasstroom uit investeringsactiviteiten |
||||||
Netto investeringen immateriële vaste activa |
-93 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Desinvesteringen immateriële vaste activa |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Netto investeringen materiële vaste activa |
-12.648 |
-28.627 |
-12.056 |
-23.500 |
-10.000 |
0 |
Desinvesteringen materiële vaste activa |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Netto investeringen financiële activa - excl. verstr. leningen |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Desinvesteringen financiële activa - excl. verstr. leningen |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Kasstroom uit investeringsactiviteiten |
-12.741 |
-28.627 |
-12.056 |
-23.500 |
-10.000 |
0 |
Financieringsbehoefte (-) c.q. overschot (+) |
4.273 |
-25.076 |
-1.216 |
-14.753 |
-6.988 |
8.761 |
Kasstroom uit financieringsactiviteiten > 1 jaar |
||||||
Toename verstrekte leningen |
-644 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Aflossing verstrekte leningen |
30 |
32 |
31 |
32 |
32 |
32 |
Toename opgenomen leningen |
0 |
8.224 |
1.294 |
16.601 |
7.411 |
0 |
Aflossing opgenomen leningen |
-3.675 |
-913 |
-918 |
-921 |
-925 |
-8.559 |
Kasstroom uit financieringsactiviteiten > 1 jaar |
-4.289 |
7.343 |
407 |
15.712 |
6.518 |
-8.527 |
Kasstroom uit financieringsactiviteiten < 1 jaar |
||||||
Mutatie uitzettingen in 's Rijks schatkist |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Mutatie opgenomen kasgeldleningen |
0 |
17.027 |
809 |
-959 |
470 |
-234 |
Kasstroom uit financieringsactiviteiten < 1 jaar |
0 |
17.027 |
809 |
-959 |
470 |
-234 |
Mutatie geldmiddelen |
-16 |
-706 |
0 |
0 |
0 |
0 |
De mutatie in geldmiddelen is als volgt te specificeren |
||||||
Liquide middelen / bankschulden ultimo vorig dienstjaar: |
472 |
456 |
-250 |
-250 |
-250 |
-250 |
Liquide middelen / bankschulden ultimo dienstjaar: |
456 |
-250 |
-250 |
-250 |
-250 |
-250 |
Mutatie geldmiddelen |
-16 |
-706 |
0 |
0 |
0 |
0 |
De liquiditeitsbegroting geeft weer dat wij in 2026 de kasgeldlimiet structureel zullen gaan overschrijden, zodat het aantrekken van langlopende leningen van € 8 miljoen nodig zal zijn in het tweede halfjaar van 2026.
Berekening rente-omslagpercentage en renteresultaat taakveld treasury 2026.
Bedragen x €, - = nadeel |
|||||
|---|---|---|---|---|---|
Berekening rente-omslagpercentage en renteresultaat taakveld treasury |
2026 |
||||
Door te rekenen rente |
|||||
Rentelasten lange financiering |
159.283 |
||||
Rentelasten korte financiering |
0 |
||||
Rentebaten verstrekte geldleningen |
141.000 |
||||
Rentebaten korte financiering |
25.000 |
||||
Totaal door te rekenen rente |
-6.717 |
||||
De rente die aan grondexploitaties wordt doorberekend |
0 |
||||
Aan taakvelden toe te rekenen rente |
-6.717 |
||||
Toegerekende rente aan taakvelden (programma's inclusief overhead) |
0 |
||||
Renteresultaat op het taakveld treasury |
-6.717 |
||||
Specificaties |
|||||
Geraamde boekwaarde investeringen per 1 januari 2025 |
90.000.000 |
||||
Renteomslagpercentage: -.6.717.gedeeld door 1% van 90.000.000: |
-0,01% |
||||
Afgerond |
0,00% |
||||
Rentebaten, verstrekte geldleningen aan: |
|||||
Alliander |
48.000 |
||||
't Trefpunt |
4.200 |
||||
Revolving Fund duurzaamheidslening |
1000 |
||||
Svn Duurzaamheidslening |
3.800 |
||||
Svn Starterslening |
58.000 |
||||
Svn Blijverslening |
26.000 |
||||
Totaal |
141.000 |
||||
Rentevisie
Voor de Begroting 2026 wordt rekening gehouden met een rente van 2 procent voor het aantrekken van tijdelijke liquide middelen. Voor langlopende leningen met een looptijd van 5 jaar wordt rekening gehouden met een percentage van 3 procent.
Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet voor het jaar 2026 bedraagt € 10,5 miljoen. Tot het bedrag van de kasgeldlimiet mogen kortlopende geldleningen worden aangetrokken.
Risiconorm
De gemeente Lochem zit ruim onder de renterisiconorm, omdat alleen leningen zijn aangetrokken met een vast rentepercentage voor de gehele looptijd van de lening.
Verbonden partijen
Terug naar navigatie - - Verbonden partijenInleiding
De gemeente werkt samen met andere partijen. Deze paragraaf geeft een overzicht van onze "verbonden partijen".
Een verbonden partij is een organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk én een financieel belang heeft. Hierdoor is ook de gemeente verantwoordelijk. Het kan gaan om een privaatrechtelijke organisatie zoals stichtingen, verenigingen, nv's en bv’s. Of het kan een publiekrechtelijke organisatie zijn, zoals een gemeenschappelijke regeling.
Bij een bestuurlijk belang heeft de gemeente zeggenschap. De gemeente bestuurt mee of heeft stemrecht. Er is een financieel belang als de gemeente risico loopt met de middelen die we aan een partij ter beschikking stellen. Of als een verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt. De gemeente kan dan hierop worden aangesproken
Overzicht Verbonden Partijen
De gemeente Lochem heeft de volgende verbonden partijen:
Naam |
Vestigings-plaats |
Begrote bijdrage van de gemeente Lochem voor 2026 |
Risico: financieel, maatschappelijk, bestuurlijk.
-- vrijwel geen risico
- gering risico
+ matig risico
++ veel risico |
||
|---|---|---|---|---|---|
Financieel |
Maatsch. |
Bestuurlijk |
|||
Gemeenschappelijke regelingen |
|||||
Veiligheidsregio NOG |
Apeldoorn |
€ 2.619.000 |
+ |
+ |
- |
GGD – Noord- en Oost-Gelderland |
Apeldoorn |
€ 804.000 |
- |
+ |
- |
Regio Stedendriehoek |
Twello |
€ 271.000 |
- |
+ |
+ |
Stadsbank Oost Nederland |
Enschede |
€ 295.000 |
- |
- |
- |
Omgevingsdienst Achterhoek |
Doetinchem |
€ 1.066.000 |
- |
- |
+ |
Tribuut |
Apeldoorn |
€ 895.000 |
- |
- |
- |
Vervoerscentrale Stedendriehoek “PlusOV” |
Lochem |
€ 1.793.000 |
+ |
+ |
+ |
Samenwerkingsverbanden |
|||||
Gemeenschappelijk Havenbeheer Twentekanalen |
Bornerbroek |
€ 77.000 |
- |
- - |
- |
Stichtingen |
|||||
Stichting Achterhoek Toerisme |
Borculo |
€ 82.000 |
- |
- |
- |
Stichting bevordering Techniek Onderwijs Berkelstreek |
Borculo |
€ 7.500 |
- - |
- - |
- - |
Stichting Veilig Thuis Noord en Oost Gelderland |
Apeldoorn |
€ 180.000 |
- |
+ |
- |
Deelnemingen |
|||||
NV Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) |
Den Haag |
- - |
- - |
- - |
|
NV Vitens |
Velp |
- - |
- - |
- - |
|
B.V. Alliander |
Amsterdam |
- - |
- - |
- - |
|
Circulus-Berkel B.V.: |
Apeldoorn |
+ |
- |
- |
|
- Dienstverleningsovereenkomst Afval |
€ 3.739.000 |
||||
- Dienstverleningsovereenkomst Buitenruimte |
€ 6.350.000 |
||||
Gemeenschappelijke regelingen
Terug naar navigatie - Verbonden partijen - Gemeenschappelijke regelingenGrondbeleid
Terug naar navigatie - - GrondbeleidInleiding
Het grondbeleid legden we vast in de Nota Grondbeleid 2022 en de Uitvoeringsnota Grondbeleid 2022. We kennen een situationeel grondbeleid. Dat betekent dat we per project de meest passende vorm van grondbeleid toepassen.
Grondbeleid is een middel om gemeentelijke ambities van andere beleidsterreinen te realiseren. Bijvoorbeeld woningbouw, economie, natuur en recreatie. Het grondbeleid geeft richting aan het handelen van de gemeente bij ruimtelijke ontwikkelingen. Als de gemeente eigenaar van de grond is of wordt, is de invloed van de gemeente groter.
Grondbeleid voor wonen
De doelstelling is om 1.300 nieuwe woningen te realiseren tot en met 2030. De gemeente zet zich in om de percelen die we hiervoor nodig hebben aan te kopen voor (betaalbare) woningbouw. Daarom vestigden we in 2021 een voorkeursrecht op verschillende percelen in onze gemeente (op grond van de Omgevingswet). Dit voorkeursrecht is verlengd t/m 2027 door vaststelling van de Omgevingsvisie in 2024.
Ontwikkelingen beïnvloeden de grondexploitaties
Een grondexploitatie is een begroting die de grondkosten en grondopbrengsten van een ruimtelijk ontwikkelingsplan in beeld brengt. Naast het programma (zoals woningbouw, bedrijventerreinen of maatschappelijk voorzieningen) beïnvloeden ook andere ontwikkelingen onze grondexploitaties. Voorbeelden hiervan zijn:
• de opvang van asielzoekers
• huisvesting van statushouders en ontheemden
• duurzaamheid ambities
• stijgende kosten (bouwkosten, arbeid)
• stikstofproblematiek
• overbelasting van het net (netcongestie)
Netcongestie
Er is in Gelderland en daarmee ook in Lochem sprake van netcongestie. Op zowel het hoogspanning-, middenspanning als het laagspanningsnet. De netbeheerders (TenneT en Liander) werken hard aan een oplossing. Tegelijkertijd groeit het bewustzijn dat uitbreiding van het elektriciteitsnet niet de enige oplossing kan zijn. Inzet op lokale opwek, gelijktijdig gebruik en flexibiliteit in het systeem door het bufferen van energie zijn onderdelen van het energiesysteem die steeds belangrijker worden.
We voeren regelmatig overleg met Liander zowel ambtelijk als bestuurlijk. Concreet wordt er nu gewerkt aan het verzwaren van het middenspanningsnet in Harfsen en worden er plannen gemaakt voor de verzwaring van het laagspanningsnet in onze gemeente. Liander geeft op projectbasis inzicht in de beschikbare capaciteit en wat dit betekent voor de woningbouwplannen, de energietransitie in de woonwijken en verplaatsingen van bedrijven.
Inmiddels is voor de aanpassing van het hoogspanningsnet een vertraging aangekondigd. Er is een groot tekort aan technisch personeel, ruimte en materialen. Het hoogspanningsnet vormt nu het voornaamste knelpunt. Dit wordt niet voor 2035 opgelost. Ook in het laag- en middenspanningsnet zijn er knelpunten waardoor geplande ontwikkelingen moeten worden uitgesteld of van een ander energieconcept voorzien.
In 2025 is gestart met een werkgroep netbewuste nieuwbouw met als doel om te komen tot een werkwijze waarbij zoveel mogelijk alternatieven op het gebied van de energievraag en de energievoorziening worden afgewogen bij de start van nieuwbouwprojecten.
Actualisatie lopende actieve grondexploitaties
Een deel van de gronden die in eigendom zijn van de gemeente waarvoor (binnenkort) een ruimtelijke procedure is (ge)start, hebben we opgenomen in grondexploitaties. Dit zijn lopende plannen. Nadat we deze gronden bouwrijp maken, verkopen we die als bouwterreinen of kavels. Met de grondexploitaties brengen wij de opbrengsten en kosten van deze plannen tijdens de hele looptijd in beeld.
Hoe staan we er financieel voor?
In deze paragraaf leest u hoe de grondexploitaties van de gemeente Lochem er financieel voor staan.
Parameters en uitgangspunten grondexploitatiebegrotingen
Tabel 1 Overzicht gehanteerde paramaters grondexploitatiebegrotingen
Tabel 1. Overzicht gehanteerde parameters |
||||||
Parameters |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
2030 e.v. |
|
Kostenstijging |
3,0% |
3,0% |
3,0% |
3,0% |
3,0% |
|
Opbrengstenstijging |
1,0% |
1,0% |
1,0% |
1,0% |
1,0% |
|
Rente |
0,5% |
0,5% |
0,5% |
0,5% |
0,5% |
|
Discontovoet |
2,0% |
2,0% |
2,0% |
2,0% |
2,0% |
|
De gebruikte parameters voor kosten- en opbrengstenstijging baseren we op de inputprijsindex van Grond-, weg- en waterbouw (GWW-index) van het CBS en de Outlook Grondexploitaties van Metafoor. De rente berekenen we volgens de regels van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Dat is het gewogen gemiddelde rentepercentage op vreemd vermogen vergeleken met het totaal vermogen. Dit schatten we voor 2026 in op 0,5%. Het BBV schrijft ook de disconteringsvoet voor: het percentage dat wordt gebruikt om toekomstige kasstromen terug te rekenen naar de huidige waarde (netto contante waarde).
Voor de Begroting 2026 gebruiken we een percentage van 3,0% kostenstijging. Ook voor de jaren erna houden we rekening met een meerjarige kostenstijging van 3%. Voor de opbrengsten gebruiken wij 1% meerjarige stijging.
Voorlopige boekwaarde en werkelijke boekwaarde
Bij de actualisatie van de grondexploitaties voor de Jaarrekening 2024 gebruikten we de werkelijke boekwaarden over het jaar 2024. De peildatum van deze geactualiseerde grondexploitatieberekeningen is 1 januari 2025. Voor de Begroting 2026 gebruiken we de voorlopige boekwaarden op (1-7-2025) en een prognose tot en met 31-12-2025. In deze paragraaf lichten we de grondexploitatieprojecten op hoofdlijnen toe. Hierbij vergelijken we de grondexploitatie bij de Jaarrekening 2024 met die van de Begroting 2026.
Tussentijdse winst- en verliesnemingen
Het BBV schrijft voor dat we bij tussentijdse winstnemingen de Percentage of Completion (PoC) methode moeten toepassen. Dit betekent dat als we grond verkopen, we tussentijds winst moeten weergeven. Naar rato van de voortgang van de grondexploitatie. Daarom brengen we de geraamde, toekomstige winsten per jaar in beeld. De wijzigingen voegen we toe aan de aan te houden reserve bouwgrondexploitatie.
Tabel 2. Overzicht tussentijdse winstnemingen en mutaties verliesvoorzieningen
- = nadeel, bedragen in € |
||||||||||
Complex |
Tussentijdse winstneming (POC) |
Verliesvoorziening EW |
||||||||
1-1-2025 |
Realisatie 2025 |
31-12-2025 |
1-1-2025 |
Realisatie 2025 |
31-12-2025 |
|||||
Aalsvoort West |
3.279.000 |
6.000 |
3.285.000 |
|||||||
Almen Zuid 2 A/B |
- |
49.000 |
49.000 |
-185.000 |
185.000 |
- |
||||
Clusterlocatie Exel |
- |
- |
- |
|||||||
Scheggertdijk |
-306.000 |
89.000 |
-217.000 |
|||||||
Diekink |
-1.013.000 |
39.000 |
-974.000 |
|||||||
Stijgoord |
-284.000 |
-60.000 |
-344.000 |
|||||||
Kop van Oost |
-2.034.000 |
291.000 |
-1.743.000 |
|||||||
Etalage n.d. Toekomst Deelplan 5 Holmerskamp |
-1.821.000 |
-7.000 |
-1.828.000 |
|||||||
Totaal |
3.279.000 |
55.000 |
3.334.000 |
-5.643.000 |
537.000 |
-5.106.000 |
||||
Tussentijdse winstneming
In 2025 nemen we € 56.000 aan tussentijdse winst (voordeel). In totaal is er vanaf de start van de grondexploitaties tot en met ultimo 2025 voor € 3.335.000 aan tussentijdse winst genomen over de nog lopende grondexploitaties. De tussentijdse winst wordt toegevoegd aan de reserve grondexploitaties.
Verliesvoorziening
Als uit een grondexploitatie blijkt dat er een verlies op een plan ontstaat, treffen we direct een verliesvoorziening (conform BBV). Vaak zijn dit grondexploitaties waarbij er sprake is van herstructurering.
In de Begroting 2026 verlagen we de totale getroffen verliesvoorziening met € 537.000 (voordeel) ten opzichte van de Jaarrekening 2024. Er is een verbetering van het resultaat van de projecten Scheggertdijk, Almen 2A/B en Kop van Oost, waardoor er geld uit de verliesvoorziening vrij komt te vallen. De grondexploitatie Stijgoord verslechterde met € 60.000. Dit komt door onvoorziene kosten voor een onderzoek naar niet gesprongen explosieven en hogere kosten voor het opruimen van Japanse Duizendknoop. Per saldo verlagen we de verliesvoorziening. De verlaging van de verliesvoorziening storten we in de reserve grondexploitaties.
Afsluiten grondexploitaties
Per 31-12-2025 sluiten we geen grondexploitaties af.
Totaaloverzicht resultaten complexen
In tabel 3 staat een overzicht van de eindwaarde en contante waarde per complex.
De verwachte resultaten van de grondexploitaties vergelijken we op eindwaarde en contante waarde. Bij de contante waarde vertalen we de resultaten naar 1 januari 2025. Dit is de waarde van het eindresultaat van de grondexploitaties teruggerekend naar 1 januari 2025. Ook brengen we de eindresultaten van de grondexploitaties in beeld op eindwaarde. We tonen de resultaten aan het einde van de looptijd van het plan.
Tabel 3. Overzicht contante waarde – eindwaarde actieve bouwgrondexploitaties
- = nadeel, bedragen in € |
|||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Complex |
Contante Waarde (CW) |
Eindwaarde (EW) |
|||||||
1 januari 2025 (Jaarrekening 2024) |
1 januari 2026 (Begroting 2026) |
Verschil |
1 januari 2025 (Jaarrekening 2024) |
1 januari 2026 (Begroting 2026) |
Verschil |
||||
Woningbouw: |
|||||||||
Kop van Oost |
-1.842.000 |
-1.610.000 |
232.000 |
-2.034.000 |
-1.743.000 |
291.000 |
|||
Almen Zuid IIA |
-178.000 |
-186.000 |
-8.000 |
-185.000 |
-189.000 |
-4.000 |
|||
Almen Zuid IIB* |
22.000 |
239.000 |
217.000 |
24.000 |
253.000 |
229.000 |
|||
Almen Zuid 2A/B |
-156.000 |
53.000 |
209.000 |
-161.000 |
64.000 |
225.000 |
|||
Clusterlocatie Exel |
136.000 |
123.000 |
-13.000 |
153.000 |
136.000 |
-17.000 |
|||
Etalage naar de Toekomst 5 |
-1.750.000 |
-1.792.000 |
-42.000 |
-1.821.000 |
-1.828.027 |
-7.027 |
|||
Scheggertdijk |
-282.000 |
-209.000 |
73.000 |
-306.000 |
-217.000 |
89.000 |
|||
Industrieterreinen: |
|||||||||
Aalsvoort West |
35.000 |
25.000 |
-10.000 |
36.000 |
25.000 |
-11.000 |
|||
Stijgoord |
-257.000 |
-317.000 |
-60.000 |
-284.000 |
-344.000 |
-60.000 |
|||
Diekink |
-936.000 |
-918.000 |
18.000 |
-1.013.000 |
-974.000 |
39.000 |
|||
-5.052.000 |
-4.645.000 |
407.000 |
-5.430.000 |
-4.881.027 |
548.973 |
||||
Baten en lasten jaarschijf 2026 voor de grondexploitaties
In onderstaand overzicht staan de door de raad beschikbaar te stellen baten en lasten voor jaarschijf 2026 per grondexploitatie. Met het beschikbaar stellen van het budget voeren we de verwachte werkzaamheden uit.
Tabel 4. Overzicht beschikbaar te stellen baten en lasten 2026
Overzicht beschikbaar te stellen baten en lasten 2026 |
||
|---|---|---|
Gemeente Lochem |
Baten |
Lasten |
Project |
2026 |
2026 |
Woningbouw |
||
Kop van Oost |
1.224.000 |
-522.000 |
Almen-Zuid 2A/B |
1.056.000 |
-611.000 |
Cluster Exel |
400.000 |
-564.000 |
Etalage naar de Toekomst Deelplan 5 |
30.000 |
-333.000 |
Scheggertdijk 7 |
1.722.000 |
-522.000 |
Industrieterreinen |
||
Aalsvoort West |
70.000 |
-5.000 |
Stijgoord |
602.000 |
-60.000 |
Diekink |
1.230.000 |
-1.916.000 |
Totaal |
6.334.000 |
-4.533.000 |
Meerjarige begrotingswijziging winst- en verliesneming grondexploitaties
Terug naar navigatie - Grondbeleid - Meerjarige begrotingswijziging winst- en verliesneming grondexploitatiesInstemmen met meerjarige begrotingswijziging winst- en verliesneming grondexploitaties
Zie hieronder voor de begrotingswijzigingen die direct te herleiden zijn uit de uitkomsten van de actualisatie van de grondexploitaties bij de Begroting 2026.
Door in te stemmen met deze begrotingswijziging zorgen we voor een juiste begrotingsbasis voor het eerstvolgende moment van actualisatie grondexploitaties bij de Jaarrekening 2025.
Tabel 5. Begrotingswijziging grondexploitaties actualisatie Begroting 2026
Begrotingswijziging Grondexploitaties actualisatie Begroting 2026 |
||||||
Complex |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 e.v. |
|
Prognose winstnemingen grondexploitaties (POC-methode) |
||||||
- Aalsvoort West |
6.000 |
25.000 |
- |
- |
- |
|
- Exel Clusterlocatie |
- |
-6.000 |
-9.000 |
-11.000 |
-4.000 |
|
- Almen 2a/2b |
49.000 |
30.000 |
26.000 |
9.000 |
- |
|
Prognose verliesnemingen grondexploitaties |
||||||
- Diekink |
39.000 |
|||||
- Stijgoord |
-60.000 |
|||||
- Kop van Oost |
291.000 |
|||||
- Almen Zuid II-A |
185.000 |
|||||
- EndT deelplan 5 Holmerskamp |
-7.000 |
|||||
- Scheggertdijk |
89.000 |
|||||
Mutatie reserve grondexploitaties |
-592.000 |
-49.000 |
-17.000 |
2.000 |
4.000 |
|
Totaal |
- |
- |
- |
- |
- |
|
Risicoanalyse
De risico’s van de grondexploitaties brengen we regelmatig in kaart op basis van de huidige inzichten. Hoe verder een plan in ontwikkeling is, hoe minder risico’s te verwachten zijn. Om risico's te bepalen, gebruiken we de Monte-Carlosimulatie. Deze simulatie berekent het financiële projectrisico. Daardoor is met een betrouwbaarheid van 90% zeker dat het weergegeven financieel risico ook het maximale risico is. Voor alle grondexploitaties rekenen we de standaard ramingsonzekerheden en de project specifieke risico’s in de risicoanalyse door.
Risico’s
Het totaalbedrag aan risico’s voor de grondexploitaties is geraamd op € 1.420.000.
De risico’s bij de Jaarrekening 2024 waren in totaal € 2.611.000. De risico’s namen met € 1.191.000 af. Hoe verder plannen in de realisatie zijn, hoe kleiner de kans op risico's. Met name bij de plannen Kop van Oost, Scheggertdijk en Stijgoord was het risico op tegenvallers bij grondverkopen van invloed op de hoogte van het geraamde risico. Doordat deze plannen voorspoedig verlopen qua grondverkopen, neemt het geraamde risico af.
Tabel 6. Overzicht Monte Carlo Analyse grondexploitaties
- = nadeel, bedragen in € |
|||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Gemeente Lochem |
Kop van Oost |
Etalage naar de Toekomst (Hanzepoort) |
Scheggertdijk |
Aalsvoort West |
|||||
Grondexploitaties (BIE) |
|||||||||
Begroting 2026 |
|||||||||
Monte Carlo analyse |
|||||||||
Resultaat grondexploitatie |
a |
-1.823.000 |
-1.828.000 |
-218.000 |
25.000 |
||||
Resultaat plus verliesvoorziening |
- |
- |
- |
25.000 |
|||||
Minimumresultaat risicoanalyse |
-3.351.000 |
-1.877.000 |
-296.000 |
25.000 |
|||||
Maximumresultaat risicoanalyse |
-1.790.000 |
-1.821.000 |
-209.000 |
25.000 |
|||||
Gemiddelde waarde risicoanalyse |
-2.314.000 |
-1.845.000 |
-230.000 |
25.000 |
|||||
Minimumresultaat (90% zekerheid) |
b |
-2.693.000 |
-1.858.000 |
-244.000 |
25.000 |
||||
Risico t.o.v. resultaat |
c=a-b |
870.000 |
30.000 |
26.000 |
- |
||||
Gemeente Lochem |
Stijgoord |
Diekink |
Almen 2A/B |
Totaal |
|||||
Grondexploitaties (BIE) |
|||||||||
Begroting 2026 |
|||||||||
Monte Carlo analyse |
|||||||||
Resultaat grondexploitatie |
a |
-344.000 |
-974.000 |
64.000 |
-5.098.000 |
||||
Resultaat plus verliesvoorziening |
- |
- |
64.000 |
89.000 |
|||||
Minimumresultaat risicoanalyse |
-427.000 |
-1.492.000 |
-72.000 |
-7.490.000 |
|||||
Maximumresultaat risicoanalyse |
-348.000 |
-938.000 |
126.000 |
-4.955.000 |
|||||
Gemiddelde waarde risicoanalyse |
-385.000 |
-1.208.000 |
25.000 |
-5.932.000 |
|||||
Minimumresultaat (90% zekerheid) |
b |
-402.000 |
-1.323.000 |
-23.000 |
-6.518.000 |
||||
Risico t.o.v. resultaat |
c=a-b |
58.000 |
349.000 |
87.000 |
1.420.000 |
||||
Reserve grondexploitaties
Met het vaststellen van de nota Grondbeleid 2022 stelde de raad een reserve grondexploitatie in. Daarmee komen de mutaties van de winsten en verliezen niet meer ten laste of ten bate van de algemene reserve. Dit is de stand van de reserve.
- = nadeel, bedragen in € |
|
|---|---|
Verliesvoorziening |
|
Stand Verliesvoorziening 1-1-2025 |
5.643.000 |
Benodigde Verliesvoorziening 31-12-2025 |
5.106.000 |
Mutatie per 31-12-2025 |
537.000 |
Reserve grondexploitatie |
|
Stand van reserve Grondexploitatie 1-1-2025 |
2.408.000 |
mutatie winstnemingen 2025 |
56.000 |
mutatie verliesvoorzieningen |
537.000 |
Stand reserve Grondexploitatie |
3.001.000 |
Stand van reserve Grondexploitatie 1-1-2025 |
2408000 |
mutatie winstnemingen 2025 |
55.735 |
mutatie verliesvoorzieningen |
537.000 |
Stand van reserve Grondexploitatie 1-1-2026 |
3.000.735 |
Overzicht per grondcomplex
In de overzichten per complex lichten we de verschillen toe ten opzichte van de stand bij de Jaarrekening 2024.
Grondexploitaties Woningbouw
1. Kop van Oost
Kop van Oost; geplande einddatum 31-12-2029 |
- = nadeel, bedragen in € |
|||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Totaal resultaat grex (EW) |
Realisatie |
Geactualiseerde meerjarige begroting |
||||||||||
Oorspronkelijk verwacht resultaat
(NCW 2020) |
Verliesvoorziening per 31-12-2024 (Jaarrekening 2024) |
Mutatie verliesvoorziening 2025 (realisatie) |
Verliesvoorziening per 31-12-2025 (Begroting 2026) |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
||||
Begroot |
Werkelijk |
Saldo |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
||||||
Baten |
964.209 |
352.492 |
-611.717 |
1.223.908 |
2.738.091 |
0 |
0 |
|||||
Lasten |
-488.295 |
-385.251 |
103.043 |
-522.403 |
-313.410 |
-1.416.108 |
-270.800 |
|||||
-2.560.999 |
-2.034.000 |
291.000 |
-1.743.000 |
Saldo |
475.915 |
-32.759 |
-508.674 |
701.505 |
2.424.681 |
-1.416.108 |
-270.800 |
|
Stuks |
27 |
19 |
-8 |
25 |
55 |
0 |
0 |
|||||
Toelichting Kop van Oost
Voortgang inhoudelijk
Het bestemmingsplan Kop van Oost is onherroepelijk. Het plan bestaat uit 4 fases waarin projectontwikkelaar Nijhuis ongeveer 120 woningen en appartementen laat bouwen. Fase 1 en 2 zijn bouwrijp. De woningen in fase 1 zijn begin 2024 opgeleverd aan de nieuwe bewoners. De openbare ruimte in fase 1 is grotendeels opgeleverd. In 2025 bouwt ontwikkelaar Nijhuis 19 woningen in fase 3.1. De bouw verliep sneller dan verwacht en met het definitief inrichten van de openbare ruimte in fase 3.1 is deze fase gereed.
Financieel
De grondexploitatieberekening bij de Jaarrekening 2024 raamde een tekort van € 2.034.000 op 1-1-2025. In de actuele grondexploitatieberekening bij de Begroting 2026 ramen we nu een tekort van € 1.743.000 op 1-1-2026. Het resultaat valt daarmee € 291.000 positiever uit. Dit komt door een hogere geraamde opbrengst vanuit de verhuur van opstallen in het plan Kop van Oost. De verhuizing van de huurder van Kop van Oost naar Diekink, is pas mogelijk wanneer het plan Diekink onherroepelijk en bouwrijp is. De beroepsprocedure Diekink is positief afgerond. In 2026 vervolgen we de gesprekken met huurder over de verhuizing. Het leveren van stroom krijgt daarbij bijzondere aandacht en is cruciaal voor de planning.
Het verbeterde resultaat van Kop van Oost geeft mogelijk een tijdelijk te rooskleuring resultaat weer. Er is een risico dat onderdelen van het plan vertraging oplopen. Of anders worden ingevuld dan we nu denken te halen. Daarom kan bij de straks bij de jaarrekening 2025 en/of Begroting 2027 het resultaat weer terugvallen. Hier houden we rekening mee in de risicoanalyse.
Verschil jaarschijf 2025
Voor het project Kop van Oost raamden we bij de Jaarrekening 2024 voor de jaarschijf 2025 € 964.000 aan baten. In 2025 realiseren we naar verwachting voor € 352.000 aan baten. Een verschil van € 612.000 aan lagere baten, als gevolg van de latere gronduitgifte van het zuidelijke deel van deelgebied 3.
Bij de Jaarrekening 2024 ramen we voor de jaarschijf 2024 € 488.000 aan lasten. In 2025 bereiken we naar verwachting voor € 385.000 aan lasten. Een verschil van € 103.000 lagere lasten. Dit is een gevolg van een aangepaste fasering voor het bouw- en woonrijp maken van de resterende deelplannen.
Project specifieke risico’s
Naast de standaard ramingsonzekerheden nemen we risico’s van bepaalde projecten mee in de risicoanalyse:
• Extra saneringskosten. We weten onvoldoende of er vervuilde grond zit onder de bedrijfspanden Hierdoor zijn er mogelijk hogere saneringskosten.
• Langere doorlooptijd van het project door verschil van inzicht over de planuitvoering, met mogelijk extra plankosten als gevolg.
• Wegvallen van subsidie. Het project kan niet voldoen aan de subsidievereisten.
We ramen de risico’s voor dit project op € 870.000.
2. Almen Zuid 2A/B
Almen Zuid II-A & B; geplande einddatum 31-12-2028 |
- = nadeel, bedragen in € |
|||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Totaal resultaat grex (EW) |
Realisatie |
Geactualiseerde meerjarige begroting |
||||||||||
Oorspronkelijk verwacht resultaat (2011 & 2025) |
Eindwinst per 31-12-2024 (Jaarrekening 2024) |
Tussentijdse winst (realisatie) |
Eindwinst per 31-12-2025 (Begroting 2026) |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
2030 e.v. |
|||
Begroot |
Werkelijk |
Saldo |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
|||||
Baten |
2.500 |
0 |
-2.500 |
1.056.000 |
586.872 |
2.549 |
0 |
0 |
||||
Lasten |
-649.579 |
-383.509 |
266.071 |
-610.852 |
-251.366 |
-258.907 |
0 |
0 |
||||
32.944 |
64.000 |
Saldo |
-647.079 |
-383.509 |
263.571 |
445.148 |
335.506 |
-256.358 |
0 |
0 |
||
POC winst |
0 |
49.285 |
49.285 |
29.525 |
25.655 |
8.998 |
0 |
0 |
||||
stuks |
0 |
0 |
0 |
12 |
3 |
0 |
0 |
0 |
||||
Toelichting Almen Zuid 2A/2B
Voortgang inhoudelijk
In 2025 is het bestemmingsplan en grondexploitatie voor Almen Zuid 2B vastgesteld. Daarbij is ook besloten de grondexploitaties van Almen Zuid 2A en 2B samen te voegen. Met het overschot van de ene grondexploitatie kan het tekort op de andere grondexploitaties gedekt worden. Daardoor is er voordeel te zien bij de verliesvoorziening van Almen 2A. De uitvoering van het plan start in 2026.
Financieel
De grondexploitatieberekening bij de Jaarrekening 2024 raamde een negatief resultaat van € 161.000 per 1-1-2024. Dit was het geraamde eindresultaat van de grondexploitatie Almen 2A Voor Almen 2B is de grondexploitatie in 2025 vastgesteld. Het geraamde resultaat van de grondexploitatie 2B per 1-1-2025 is samengevoegd met het resultaat van 2A in het overzicht. Bij de Begroting 2026 per 1-1-2026 ramen we het verwachte resultaat op een overschot van € 64.000 voor de samengevoegde grondexploitaties. Het resultaat is daardoor € 225.000 positiever. Het verbeterde resultaat komt door het samenvoegen van de grondexploitaties van de twee deelplannen maar ook het bijstellen van de verkoopprijzen van de bouwkavels.
Verschil jaarschijf 2025
Voor het project Almen 2A/2B raamden we bij de Jaarrekening 2024 voor jaarschijf 2025 nauwelijks baten. Bij de Begroting 2026 ramen we ook geen baten voor jaarschijf 2025. Bij het actualiseren van de grondexploitatieberekening bij de Jaarrekening 2024 raamden we € 649.000 aan lasten. In 2025 bereiken we naar verwachting voor € 384.000 aan lasten. Een verschil van € 264.000 lagere lasten. Dit komt door uitstel van werkzaamheden voor het bouw en woonrijp maken.
Project specifieke risico’s
Naast de standaard ramingsonzekerheden nemen we risico’s van bepaalde projecten mee in de risicoanalyse:
• Extra kosten voor bouw en woonrijp maken
• Langere doorlooptijd van het project.
• Grondprijsdalingen als gevolg van marktsituaties en stijgende bouwkosten.
We ramen de risico’s voor dit project op € 87.000.
3. Clusterlocatie Exel
Cluster Exel; geplande einddatum 31-12-2030 |
- = nadeel, bedragen in € |
|||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Totaal resultaat grex (EW) |
Realisatie |
Geactualiseerde meerjarige begroting |
||||||||||
Oorspronkelijk verwacht resultaat (2014) |
Eindwinst per 31-12-2024 (Jaarrekening 2024) |
Tussentijdse winst (realisatie) |
Eindwinst per 31-12-2025 (Begroting 2026) |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
2030 e.v. |
|||
Begroot |
Werkelijk |
Saldo |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
|||||
Baten |
0 |
0 |
0 |
399.765 |
590.254 |
596.156 |
190.707 |
192.719 |
||||
Lasten |
-557.893 |
-13.500 |
544.393 |
-564.245 |
-75.922 |
-166.421 |
-168.856 |
-172.233 |
||||
182.000 |
153.000 |
0 |
136.000 |
Saldo |
-557.893 |
-13.500 |
544.393 |
-164.480 |
514.331 |
429.735 |
21.851 |
20.485 |
POC winst |
0 |
0 |
0 |
18.950 |
30.566 |
39.629 |
21.963 |
24.765 |
||||
stuks |
0 |
0 |
0 |
5 |
6 |
6 |
1 |
1 |
||||
Toelichting Clusterlocatie Exel
Voortgang inhoudelijk
Een juridische procedure tegen het FAB-beleid vertraagde de planologische procedure. Deze procedure rondden we positief af in 2023. We hadden verwacht dat na afronding van deze procedure we konden starten met het bouwrijp maken en verkopen van de kavels. Door tekort aan personeel, het aantal projecten en ruimtelijke verzoeken wordt dit plan later opgepakt dan verwacht. Er is een planwijziging en programmawijziging in voorbereiding. Bij de besluitvorming hierover worden de financiële gevolgen in beeld gebracht als onderdeel van de besluitvorming. De geraamde uitkomst van deze berekening is nog op basis van de oude uitgangspunten en daarom minder relevant en actueel.
Financieel
De grondexploitatieberekening bij de Jaarrekening 2024 raamde een positief resultaat van € 153.000 per 31-12-2024. Bij de Begroting 2026 ramen we het verwachte resultaat op € 136.000. Het resultaat is daardoor € 17.000 minder positief. Het verslechterde resultaat komt door de vertraging van het plan.
Voor het project Clusterlocatie Exel raamden we bij de Jaarrekening 2024 voor jaarschijf 2024 geen resultaatneming. Ook bij de Begroting 2026 ramen we geen resultaatneming voor 2024.
Verschil jaarschijf 2025
Voor het project Clusterlocatie Exel raamden we bij de Jaarrekening 2024 voor jaarschijf 2025 geen baten. Bij de Begroting 2026 ramen we ook geen baten voor jaarschijf 2025. Bij het actualiseren van de grondexploitatieberekening bij de Jaarrekening 2024 raamden we € 558.000 aan lasten. In 2025 bereiken we naar verwachting voor € 14.000 aan lasten. Een verschil van € 544.000 lagere lasten. Dit komt door uitstel van werkzaamheden zoals sloop en bouwrijp maken.
Project specifieke risico’s
Omdat er voor dit plan het voornemen bestaat dat er een plan- en programmawijziging komt, is er vanwege de relevantie hiervan geen risicoanalyse opgesteld.
4. Etalage naar de Toekomst Deelplan 5 Holmerskamp
Etalage naar de Toekomst 5 Holmerskamp ; geplande einddatum 31-12-2026 |
- = nadeel, bedragen in € |
||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Totaal resultaat grex (EW) |
Realisatie |
Geactualiseerde meerjarige begroting |
|||||||||||
Oorspronkelijk verwacht resultaat
(NCW 2009) |
Verliesvoorziening per 31-12-2024 (Jaarrekening 2024) |
Mutatie verliesvoorziening 2025 (realisatie) |
Verliesvoorziening per 31-12-2025 (Begroting 2026) |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
2030 e.v. |
||||
Begroot |
Werkelijk |
Saldo |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
||||||
Baten |
29.925 |
0 |
-29.925 |
29.925 |
0 |
0 |
0 |
||||||
Lasten |
-323.580 |
-5.000 |
318.580 |
-333.077 |
0 |
0 |
0 |
||||||
-4.300.000 |
-1.821.000 |
-7.000 |
-1.828.000 |
Saldo |
-293.655 |
-5.000 |
288.655 |
-303.152 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Stuks |
0 |
0 |
0 |
0 |
|||||||||
Toelichting Etalage naar de Toekomst (Holmerskamp)
Voortgang inhoudelijk
Voor het project Holmerskamp verkochten we alle kavels. Er is een verschil van inzicht met de ontwikkelaar ontstaan over het woonrijp maken. Daardoor kan de aansluiting op de Hanzeweg nog niet gerealiseerd worden. We zijn nog in overleg. Met het woonrijp maken van de Holmersweg starten we wel. De grondexploitatie is er op gebaseerd dat we in 2025 starten met woonrijp maken en de openbare ruimte in 2026 ingericht opleveren. De grondexploitatie sluiten we per 31-12-2026 af.
Financieel
De grondexploitatieberekening bij de Jaarrekening 2024 raamde een tekort van € 1.821.000 per 1-1-2024. Bij de Begroting 2026 ramen we het tekort nu op € 1.828.000. Het resultaat valt daarmee € 7.000 negatiever uit. Dit komt door geraamde rentebijschrijving per 2026.
Verschil jaarschijf 2025
Voor het project Holmerskamp raamden we bij de Jaarrekening 2024 voor jaarschijf 2024 € 30.000 aan baten. In 2025 zijn er volgens de Begroting 2025 geen baten. Een verschil van € 30.000 lagere baten. Dit komt doordat het nog te ontvangen deel van exploitatiebijdrage naar verwachting niet in 2025 wordt ontvangen.
Bij de Jaarrekening 2024 raamden we voor jaarschijf 2025 € 324.000 aan lasten. In jaarschijf 2025 realiseerden we voor € 5.000 aan lasten. Een verschil van € 319.000 aan lagere lasten. Dit is het gevolg van het uitstellen van de werkzaamheden voor het woonrijp maken.
Project specifieke risico’s
Naast de standaard ramingsonzekerheden nemen we onderstaande project specifieke risico’s in de risicoanalyse mee:
• Extra kosten woonrijp maken. Het woonrijp maken moet nog plaatsvinden. Het risico dat de kosten hoger uitvallen nemen we mee in de risicoanalyse.
• Mogelijk levert vertraging bij grondverwerving tot extra juridische kosten en verlenging van de looptijd.
We ramen de risico’s voor dit project op € 30.000.
5. Scheggertdijk
Scheggertdijk 7; geplande einddatum 31-12-2027 |
- = nadeel, bedragen in € |
|||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Totaal resultaat grex (EW) |
Realisatie |
Geactualiseerde meerjarige begroting |
||||||||||
Oorspronkelijk verwacht resultaat
(NCW 2020) |
Verliesvoorziening per 31-12-2024 (Jaarrekening 2024) |
Mutatie verliesvoorziening 2025 (realisatie) |
Verliesvoorziening per 31-12-2025 (Begroting 2026) |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
||||
Begroot |
Werkelijk |
Saldo |
Begroot |
Begroot |
||||||||
Baten |
902.328 |
1.783.000 |
880.672 |
1.722.340 |
0 |
|||||||
Lasten |
-488.295 |
-385.251 |
103.043 |
-522.403 |
-313.410 |
|||||||
107.927 |
-306.000 |
89.000 |
-217.000 |
Saldo |
414.034 |
1.397.749 |
983.715 |
1.199.937 |
-313.410 |
|||
Stuks |
2 |
4 |
2 |
3 |
0 |
|||||||
Toelichting Scheggertdijk 7
Voortgang inhoudelijk
De gronden zijn in 2025 bouwrijp opgeleverd. Er is gestart met de verkoop van de eerste vier bouwkavels. De belangstelling voor deze bouwkavels was groot en dat heeft geresulteerd in vier opties. Daarbij is de verwachting dat de verkoop en levering plaats vindt in 2025. Als gevolg van de grote belangstelling voor de eerste vier kavels zijn de verwachte opbrengsten voor de andere bouwkavels geactualiseerd. Deze verkoopprocedure start eind 2025. We verwachten dat de verkoop en levering van de bouwkavels in 2026 plaatsvindt
Financieel
De grondexploitatieberekening in de Jaarrekening 2024 kende een verlies van € 306.000. Bij de Begroting 2026 is het geraamde verlies € 217.000 per 1-1-2026 De grondexploitatie verbeterde daarmee met € 89.000. Dit komt door het actualiseren van de verkoopprijzen van de drie bouwkavels.
Verschil jaarschijf 2024
Voor het project Scheggertdijk 7 raamden we bij de Jaarrekening 2024 voor de jaarschijf 2025 € 902.000 aan baten. In de jaarschijf 2025 realiseren we € 1.783.000 aan baten. Een verschil van € 881.000 aan hogere baten. Dit jaar verkochten we 2 bouwkavels meer dan gedacht.
Bij de Jaarrekening 2024 raamden we voor jaarschijf 2025 de lasten op € 488.000. We realiseren naar verwachting in jaarschijf 2025 voor € 358.000 aan lasten. Een verschil van € 130.000 lagere lasten.
Project specifieke risico’s
Naast de standaard ramingsonzekerheden nemen we onderstaande project specifieke risico’s in de risicoanalyse mee:
• Hogere plankosten door intensieve begeleiding verkopen.
We ramen de risico’s voor dit project op € 26.000.
Grondexploitaties Industrieterreinen
6. Aalsvoort West
Aalsvoort West; geplande einddatum 31-12-2026 |
- = nadeel, bedragen in € |
|||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Totaal resultaat grex (EW) |
Realisatie |
Geactualiseerde meerjarige begroting |
||||||||||
Oorspronkelijk verwacht resultaat (1997) |
Eindwinst per 31-12-2024 (Jaarrekening 2024) |
Tussentijdse winst (realisatie) |
Eindwinst per 31-12-2025 (Begroting 2026) |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
2030 e.v. |
|||
Begroot |
Werkelijk |
Saldo |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
|||||
Baten |
284.958 |
215.182 |
-69.776 |
69.776 |
||||||||
Lasten |
-137.176 |
-142.602 |
-5.426 |
-5.271 |
||||||||
172.903 |
36.000 |
6.450 |
25.000 |
Saldo |
147.781 |
72.579 |
-75.202 |
64.505 |
||||
POC winst |
0 |
6.450 |
6.450 |
25.269 |
||||||||
m2 |
0 |
888 |
888 |
623 |
||||||||
Toelichting Aalsvoort West
Voortgang inhoudelijk
Op dit industrieterrein vindt de afronding plaats van het project met camerabeveiliging. Ook het project van het plaatsen van bomen op het industrieterrein wordt afgerond. Voor beide projecten is een subsidie toegekend door de Provincie. Er zijn nog twee percelen te koop. Voor beide percelen is belangstelling. Verwacht wordt dat een perceel in 2025 verkocht en geleverd wordt en het andere in 2026.
Financieel
De grondexploitatieberekening in de Jaarrekening 2024 raamde een overschot van € 36.000 per 1-1-2025. Bij de Begroting 2026 ramen we het overschot op € 25.000 per 1-1-2026. Er is een tussentijdse winstneming gedaan van € 6.000. Per saldo valt het resultaat daarmee € 11.000 negatiever uit.
Verschil jaarschijf 2025
Voor Aalsvoort West raamden we bij de Jaarrekening 2024 voor de jaarschijf 2025 € 285.000 aan baten. In jaarschijf 2025 realiseren we volgens de Begroting 2026 voor € 215.000 aan baten. Een verschil van € 70.000 aan lagere baten. Dit komt doordat de verkoop van een perceel wordt doorgeschoven naar 2026.
Bij de Jaarrekening 2024 raamden we voor jaarschijf 2025 € 137.000 aan lasten. We realiseren naar verwachting in jaarschijf 2025 voor € 142.000 aan lasten. Een verschil van € 5.000 hogere lasten.
Project specifieke risico’s
Voor deze grondexploitatie verwachten we geen specifieke risico's. Wel is rekening gehouden met algemene risico's zoals inflatie en rente. Het totaal geraamde risico is nihil.
7. Stijgoord
Stijgoord; geplande einddatum 31-12-2029 |
|||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Totaal resultaat grex (EW) |
Realisatie |
Geactualiseerde meerjarige begroting |
|||||||||||
Oorspronkelijk verwacht resultaat
(NCW 2009) |
Verliesvoorziening per 31-12-2024 (Jaarrekening 2024) |
Mutatie verliesvoorziening 2025 (realisatie) |
Verliesvoorziening per 31-12-2025 (Begroting 2026) |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
2030 e.v. |
||||
Begroot |
Werkelijk |
Saldo |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
||||||
Baten |
1.161.900 |
1.193.554 |
31.654 |
661.500 |
589.800 |
208.350 |
0 |
||||||
Lasten |
-165.948 |
-235.479 |
-69.531 |
-59.773 |
-34.548 |
-251.084 |
-261.186 |
||||||
124.503 |
-284.000 |
-60.000 |
-344.000 |
Saldo |
995.952 |
958.075 |
-37.877 |
601.727 |
555.252 |
-42.734 |
-261.186 |
||
m2 |
7.746 |
7.957 |
211 |
4.410 |
3.932 |
1.389 |
0 |
||||||
Toelichting Stijgoord
Voortgang inhoudelijk
In 2025 was er veel belangstelling voor de bouwkavels op Stijgoord. Bedrijven nemen opties op kavels en er zijn opties omgezet naar verkopen. Dit is een meevaller in meerdere opzichten. Een tegenvaller was dat er nog een onderzoek gedaan moest worden naar niet gesprongen explosieven. Dit was door personeelswisselingen tussen wal en schip geraakt. Ook de bestrijding van de Japanse Duizendknoop op Stijgoord langs de Goorseweg wordt duurder. De aanwezigheid van Japanse Duizendknoop bleek bij de verkoop een belemmering te vormen. Door een ongewenste bodemberoering tijdens het verwijderingsproces van de Japanse Duizendknoop waren extra werkzaamheden nodig waardoor de kosten omhoog zijn gegaan.
Financieel
De grondexploitatieberekening in de Jaarrekening 2024 raamde een tekort van € 284.000 per 1-1-2025. Bij de Begroting 2026 ramen we het tekort op € 344.000 per 1-1-2026. Het resultaat valt daarmee € 60.000 negatiever uit. Dit komt door extra kosten voor het onderzoek naar Niet Gesprongen Explosieven en de bestrijding van de Japanse Duizendknoop.
Verschil jaarschijf 2025
Voor het project Stijgoord raamden we bij de Jaarrekening 2024 voor de jaarschijf 2024 € 1.162.000 aan baten. In jaarschijf 2025 realiseren we naar verwachting voor € 1.194.000 aan baten. Een verschil van € 32.000 baten. Bij de Jaarrekening 2024 raamden we voor jaarschijf 2025 € 166.000 aan lasten. In jaarschijf 2025 wordt er naar verwachting voor € 235.000 aan lasten gerealiseerd. Dit is € 70.000 hogere lasten dan verwacht. Dit komt door extra kosten voor het onderzoek naar Niet Gesprongen Explosieven en de bestrijding van de Japanse Duizendknoop.
Project specifieke risico’s
Naast de standaard ramingsonzekerheden nemen we onderstaande project specifieke risico’s in de risicoanalyse mee:
• Extra kosten woonrijp maken. Tijdens de vorige actualisatie hebben we met een civiel adviseur gekeken naar de raming. De raming lijkt voldoende. Toch is er altijd een risico op overschrijding van de kosten.
• De uitgifte van de bouwkavels kan in de toekomst stagneren en daardoor de looptijd van het plan langer maken. De langere looptijd heeft risico’s, zoals rente- en prijscorrecties.
We ramen de risico’s voor dit project op € 58.000.
8. Diekink
Diekink; geplande einddatum 31-12-2028 |
- = nadeel, bedragen in € |
||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Totaal resultaat grex (EW) |
Realisatie |
Geactualiseerde meerjarige begroting |
|||||||||||
Oorspronkelijk verwacht resultaat
(NCW 2020) |
Verliesvoorziening per 31-12-2024 (Jaarrekening 2024) |
Mutatie verliesvoorziening 2025 (realisatie) |
Verliesvoorziening per 31-12-2025 (Begroting 2026) |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
2030 e.v. |
||||
Begroot |
Werkelijk |
Saldo |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
Begroot |
||||||
Baten |
0 |
0 |
0 |
3.145.371 |
2.188.375 |
1.808.180 |
0 |
0 |
|||||
Lasten |
-1.224.361 |
0 |
1.224.361 |
-1.915.807 |
-364.552 |
-1.142.102 |
0 |
0 |
|||||
-277.366 |
-1.013.000 |
39.000 |
-974.000 |
Saldo |
-1.224.361 |
0 |
1.224.361 |
1.229.563 |
1.823.823 |
666.078 |
0 |
0 |
|
m2 |
0 |
0 |
0 |
24.866 |
15.507 |
15.034 |
0 |
0 |
|||||
Toelichting Diekink
Voortgang inhoudelijk
Het bestemmingsplan en de grondexploitatie Diekink stelde de gemeenteraad vast in december 2020. Tegen dit bestemmingsplan liep een beroepsprocedure bij de Raad van State. Het plan is nu onherroepelijk. Dit plan heeft circa 5,5 hectare te verkopen industrieterrein. In 2025 starten we de voorbereiding van bouw en woonrijp maken en de voorbereiding op de uitgifte van de bouwkavels. In 2026 verwachten we te starten met de sloop, sanering en het bouwrijp maken van de grond. De eerste verkoop is gepland in 2026 en de laatste in 2028. We verwachten de laatste werkzaamheden in 2028 af te ronden. Hierna sluiten we het project af.
Financieel
De Jaarrekening 2024 raamde een tekort van € 1.013.000 per 1-1-2025. Bij de Begroting 2026 ramen we het tekort nu op € 974.000. Het resultaat valt daarmee € 39.000 voordeliger uit.
Verschil jaarschijf 2025
Voor het project Diekink raamden we bij de Jaarrekening 2024 voor jaarschijf 2025 geen baten, die verwachting is ongewijzigd. Dit komt doordat er in 2025 nog geen bouwkavels verkocht kunnen worden. Bij de Jaarrekening 2024 raamden we voor jaarschijf 2025 € 1.223.000 aan lasten. In jaarschijf 2025 realiseren we naar verwachting we voor € 80.000 aan lasten. Dit komt door het later uitvoeren van de bouw- en woonrijp werkzaamheden.
Project specifieke risico’s
Naast de standaard ramingsonzekerheden zijn onderstaande project specifieke risico’s in de risicoanalyse meegenomen:
• Extra kosten bouw- en woonrijp maken inclusief sloopkosten. Het bouw- en woonrijp maken moet nog starten. Het risico dat de kosten hoger uitvallen is meegenomen in de risicoanalyse.
• Opbrengsten kavelverkoop. Aan de opbrengstenkant is een bandbreedte meegenomen in de risicoanalyse. De opbrengsten realiseren we in de komende jaren. In de risicoanalyse nemen we een eventuele lagere kavelprijs op.
• Langere looptijd.
We ramen de risico’s voor dit project op € 349.000.
Particuliere grondexploitaties
Bij particuliere grondexploitaties regelen wij zoveel mogelijk het kostenverhaal vooraf via een overeenkomst.
In 2025 maakten we kosten voor verschillende plannen. Het gaat om interne uren voor de voorbereiding van de ontwikkeling van toekomstige bouwlocaties in onze gemeente.
Bij de onderhandelingen over de overeenkomsten wordt een maximaal bedrag afgesproken als exploitatiebijdrage om de kosten van de gemeente te dekken. We hanteren hiervoor de plankostenscan. Bij nieuwe plannen missen de cijfers nog. Administratief moet dit nog verwerkt worden op het moment van opstellen van deze paragraaf. In beginsel zijn de door de gemeente te maken kosten gelijk aan de bijdrage van de ontwikkelaars. In eerste instantie sluiten we een intentieovereenkomst met de ontwikkelaars. Dit is een overeenkomst om de haalbaarheid van het plan in veel opzichten te onderzoeken. Bij een positieve eindconclusie wordt een anterieure overeenkomst gesloten om het kostenverhaal te verzekeren.
Overzicht particuliere plannen
Complex |
Te verhalen kosten |
Verliesvoorziening 2024 |
||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1-1-2024 |
kosten 2024 |
bijdragen derden 2024 |
t.l.v. resultaat |
31-12-2024 |
1-1-2024 |
mutaties 2024 |
31-12-2024 |
|
Barchemse Bos |
32.000 |
-2.000 |
30.000 |
32.000 |
-32.000 |
|||
Kokstraat 37 Eefde |
6.000 |
11.000 |
17.000 |
|||||
Lochemseweg 134/138 |
11.000 |
-3.000 |
8.000 |
|||||
Laren Zuid |
9.000 |
-9.000 |
||||||
Bloemenkamp |
||||||||
Hessenweg |
||||||||
Lochem TC |
||||||||
Diekman Oost |
||||||||
Harfsen West (1a) |
||||||||
Sporkehout |
||||||||
63.000 |
2.000 |
-10.000 |
55.000 |
32.000 |
-32.000 |
|||
Toelichting particuliere grondexploitaties
In het kader van de Omgevingswet sluiten we met initiatiefnemers een intentie- en/of anterieure overeenkomst om het kostenverhaal te dekken. Op grond van de Omgevingswet moet dit al snel gebeuren en ook bij kleinere plannen. In 2025 zijn diverse startnotities vastgesteld om woningbouwplannen in de nabije toekomst te kunnen gaan realiseren. Dit geeft een forse uitbreiding te zien van de lijst met de particuliere plannen.
1. Barchemse Bos
Het plan van de initiatiefnemer is het bouwen van 6 woningen, die we met een openbare weg ontsluiten op de Borculoseweg. Dit zijn woningen in het duurdere segment. Het ontwerp bestemmingsplan is in 2025 vastgesteld
2. Kokstraat 37 Eefde
De bedrijfsactiviteiten op het perceel Kokstraat 37 Eefde zijn gestaakt. De huidige eigenaar wil de locatie herontwikkelen voor woningbouw. Op 19 januari 2021 nam het college het volgende besluit: “In principe medewerking verlenen aan de herontwikkeling van de bedrijfslocatie Kokstraat 37 in Eefde." Het plan omvat de realisatie van 8 starterswoningen en 10 comfortwoningen voor senioren.
Om de herontwikkeling van de locatie voor woningbouw mogelijk te maken, moet het bestemmingsplan worden herzien. Op 28 december 2023 is het ontwerp bestemmingsplan gepubliceerd en ter inzage gelegd. Er zijn zienswijzen ontvangen op het ontwerp bestemmingsplan. De zienswijzen worden beantwoord en naar verwachting in 2025 nog samen met het bestemmingsplan voor besluitvorming voorgelegd aan de gemeenteraad.
3. Lochemseweg 134/136 Harfsen
Initiatief voor herontwikkeling van de locatie voor woningbouw. De bestaande opstallen worden gesloopt en vervangen door een appartementengebouw met 19 woningen en maatschappelijke/ commerciële ruimte in (een deel van) de begane grond van het gebouw Om de herontwikkeling van de locatie mogelijk te maken is het bestemmingsplan herzien.
4. Laren Zuid
De twee grondeigenaren zijn samen een stedenbouwkundig plan aan het ontwikkelen ter voorbereiding op de benodigde ruimtelijke procedure. De start van de ruimtelijke procedure is naar verwachting in de tweede helft van 2025. Op basis van ruimtelijke en financiële onderzoeken biedt het stedenbouwkundige plan ruimte voor het toevoegen van 99 woningen aan beide zijden van de Lenderinkstege en waarbij de programmering gedurende de planvorming is afgestemd op het gemeentelijk woonbeleid;
5. Bloemenkamp
De herontwikkeling van dit voormalige bejaardenhuis in Gorssel wordt onderzocht. In dit te ontwikkelen plan gaan we uit van realisering van 58 vrije-sectorhuurappartementen, waarbij minimaal 36 appartementen een aanvangshuurprijs hebben van maximaal de anno 2025 geldende liberalisatiegrens als doel deze woningen te verhuren voor mensen met een middeninkomen.
6. Hessenweg (Lochem)
De locatie Hessenweg in Lochem is in eigendom van een projectontwikkelaar. Het plangebied betreft een 1,9 ha groot perceel en ligt aan de zuidelijke rand van Lochem, aan de Hessenweg, tussen de Tusselersveenweg en de Zutphenseweg. Met de ontwikkelaar is een intentieovereenkomst gesloten om te onderzoeken of een haalbaar plan door hen ontwikkeld kan worden. Dit plan in hoofdlijnen bestaat uit de realisatie van circa 60 - 70 woningen waarbij gestreefd wordt naar een percentage van tenminste 40% in het sociale huursegment met daarnaast tevens een aandeel in het betaalbare lage koopsegment
7. Lochem Tennisclub
De tennisclub gaat verhuizen van de Barchemseweg naar de Koopsdijk bij de hockeyvelden. De oude locatie aan de Barchemseweg wordt ontwikkeld voor woningbouw. De ontwikkelaar gaat geheel voor eigen rekening en risico het bouwplan van 29 woningen realiseren.
8. Diekman Oost
De woningbouwlocatie Diekman-Oost in Epse is een voormalige camping tussen het woongebied Epserbosen het woongebied het Diekman. . De locatie Diekman-Oost is geschikt voor bijzondere woonvormen. Het plan is om circa 24 modulaire duurzame houten woningen te bouwen in het type gelijkvloerse woning of rijwoning variërend van circa 60 t/m 80 m2 bruto vloeroppervlak. De woningen zijn bedoeld voor diverse doelgroepen zoals starters, alleenstaanden, gezinnen en ouderen. De initiatiefnemer zal, in afstemming met gemeente, een behoefte onderzoek uitvoeren.
9. Harfsen West 1a
In combinatie met de ontwikkeling van het uitbreidingsplan Harfsen Zuid-West zijn we bezig om dit plandeel ook te laten ontwikkelen en realiseren.
Openbaarheidsparagraaf
Terug naar navigatie - - OpenbaarheidsparagraafWet Open Overheid
Terug naar navigatie - Openbaarheidsparagraaf - Wet Open OverheidHet doel van de Wet open overheid (Woo) is om overheidsinformatie beter vindbaar en digitaal toegankelijker te maken en te laten weten wat we daaraan doen.
Woo-coördinatoren
Inwoners en organisaties kunnen bij de Woo-coördinatoren terecht met vragen over de gemeentelijke informatie. Dit kan gaan over de vindplaats van besluiten, publicaties of het opstellen van een Woo-verzoek. De coördinatoren ondersteunen ook de organisatie met Woo-verzoeken.
Publiceren
In fases geven wij invulling aan de wet en maken steeds meer informatie toegankelijk. Op de website van de gemeente Lochem publiceren wij van ontvangen klachten, bezwaren en Woo-verzoeken. De Woo-besluiten worden daar ook gepubliceerd en daarmee is de informatie voor een ieder toegankelijk.
Software
We maken gebruik van een softwareprogramma om documenten met persoonsgevoelige en/of bedrijfsgevoelige informatie te anonimiseren alvorens deze documenten openbaar te maken. Het programma ondersteunt ons goed, maar de behandeling van een Woo-verzoek is alsnog zeer arbeidsintensief omdat alles moet worden doorlopen en gecontroleerd. De behandeling van Woo-verzoeken blijft daardoor een uiterst tijdrovend proces.
Website van de gemeente
Op de website van de gemeente maken we, zoveel als mogelijk, informatie openbaar en verwijzen daar ook naar de landelijke voorziening Gemeenteblad | Overheid.nl > Officiële bekendmakingen (officielebekendmakingen.nl). Hier kan men alle besluiten en regelgeving van de gemeente terugvinden.